- 8 - De heer van Dongen vindt evenwel, dat het bestaand bedrijf niet verplaatst moet worden. Elders is bovendien geen industrieterrein. Do raad moet in deze zaak iets door de vingers zien. Het bouwplan schaadt ter plaatse niet. Mevrouw Akkermans constateert, dat nu de heer Oomen om een tweede loods heeft verzocht, burgemeester en wethouders de al op 22 mei 1962 verleende vergunning na 6 weken konden intrekken, indien er geen gebruik van gemaakt is. Had de heer Oomen dit niet gedaan, dan zou gewoon gebouwd kunnen worden op grond van de genoemde bouwvergunning. Wethouder Ernest introduceert het sterke vermoeden, dat er in de loods varkens gehouden zullen worden, hetgeen niet bevordelijk is voor de volksgezondheid. Mevrouw Akkermans, de heer van Dongen en de heer Ruijtenstellen dat het houden van varkens thans niet aan de orde is. Op grond van de Algemene Politieverordening kunnen later, indien nodig, door burgemees ter en wethouders na.dere maatregelen worden genomen. Sprekers zijn van mening de heer Oomen in zijn bezwaar tegemoet te komen, doch hem tevens te wijzen op het feit, dat burgemeester en wethouders maatregelen kunnen treffen op grond van de A.P.V. indien het eventueel houden van varkens nadelig zou zijn voor de volksgezondheid. Mevrouw Akkermans merkt op, dat er in de kom nog meer varkens worden gehouden. De heer Vissenberg brengt het bouwen van de loods en het houden van varkens in verband met de hinderwetsvergunning, verleend aan van Merrienboer te Stampersgat. Hoewel er in Stampersgat bezwaren zijn ingediend is de vergunning toch verleend. De voorzitter vervolgt verder, dat als de voorwaarden niet worden nagekomen burgemeester en wethouders nadere maatregelen kunnen nemen, eventueel nadat een klacht is ingekomen van omwonenden. Indien nu de heer Oomen thans de loods bouwt en later varkens gaat houden, dan kunnen alsdan ook maatregelen getroffen worden. De voorzitter ziet wel paralellen tussen het geval Merrienboer en het geval Oomen. Vervolgens merkt de voorzitter op, dat volgens een door de heer Oomen overlegde verklaring hij slechts 1 loods wenst te bouwen. Er zijn 2 bezwaarschriften ingediend. Indien de raad tegemoet wil komen in de bezwaren van de heer Oomen, dan dient of de intrekking van de bouw vergunning de ene loods of de weigering van de bouw van de andere loods ongedaan gemaakt te worden. De heer van Dongen wil die loods laten bouwen, die het minst schadelijk is voor het uitbreidingsplan, waarop de voorzitter repliceert, dat dan de intrekking van de bouwvergunning verleend op 22 mei 19&2, ongedaan gemaakt dient te worden. Naar aanleiding hiervan wordt zonder hoofdelijke stemming besloten de intrekking van de op 22 mei 1962 verleende bouwvergunning ongedaan te maken, en de weigering van de bouwvergunning voor de andere loods te handhaven, zulks onder mededeling aan requestrant, dat indien varkens worden gehouden, hij de consequenties moet aanvaarden van de bevoegdheden van burgemeester en wethouders op grond van de A.P.V. 18. Beschikbaarstelling Mar k^t P_l_e_i_n___0_u_d_- Gastel t. b. v. een fancy-fair _t ek_°_u_d_e_n door de Gastelse Carnav. alsve r_£_n_i_g_i_n_g (preadvies no 64.061). De heer Ruijten is niet tegen het houden van de fancy-fair, doch vindt het Marktplein hiervoor niet geschikt. Spreker verwacht meer publiek

Raadsnotulen

Oud en Nieuw Gastel: 1938-1980 | 1964 | | pagina 49