14. De voorzitter antwoordt, dat het in de bedoeling ligt binnen niet al te lange tijd hiermede te beginnen en wijst er op, dat reeds tot plaatsing van de lichtmasten is overgegaan en dat tengevolge van allerlei andere werkzaamheden dit werk nog niet is kunnen worden uit gevoerd. De heer Vissenberg wijst er op, dat tengevolge van het leggen van putjes de straat zich thans in een slechte toestand bevindt en dat de toestand nu zo is, dat de auto's zich op het trottoir bevinden, wat foor de voetgangers zeer hinderlijk is. De Heer Vissenberg vraagt of het juist is, dat, indien hij een woning zou willen bouwen aan de Groeneweg de gemeente hiermede iets te maken heeft, daar het in deze een polderweg betreft. De voorzitter antwoordt, dat het uitbreidingsplan in hoofdzaak zich ook uitstrekt tot het poldergebied en wanneer het uitbreidings plan in hoofdzaak een bepaalde bestemming aan gronden heeft gegeven, zoals ook met de gronden ter plaatse het geval is, daar deze een agra rische bestemming hebben gekregen, dan mag op grond van het bestem mingsplan, behorende bij het uitbreidingsplan ter plaatse geen parti culiere woning worden gebouwd. Spreker wijst er op, dat ter plaatse wel een woning mag worden gebouwd ten behoeve van een agrarisch be drijf of tuinderij, in welk geval bij de woning gebouwd moet worden een bedr ijfsruimte met een inhoud van minstens 300 m3 en dan nog slechts indien ter plaatse beschikt wordt over grond met een opper vlakte van minstens 1 HA. De heer Vissenberg vraagt of ter plaatse wel een woning gebouwd mag worden, indien geen premie wordt aangevraagd. De voorzitter antwoordt, dat dit beslist niet mag. Op de vraag van de heer Vissenberg of de voorzitter dit zeker weet, antwoordt deze bevestigend, onder opmerking, dat de heer Vissenberg zeer vermoedelijk mede over de vaststelling van het betreffende uit breidingsplan heeft beslist. De heerVissenberg merkt op, dat ter plaatse door een zekere Dam een houten woning is opgericht waarvoor geen gemeentelijke vergun ning is verkregen en dat op zekere dag een paar ambtenaren uit Den Haag ter plaatse zijn verschenen, die opdracht hebben gegeven om de houten wpning binnen 2 x 24 uur te verwijderen, welke mededeling van de zijde van belanghebbende een reactie heeft veroorzaakt, die voor de betreffende ambtenaren minder prettig was. Spreker wijst er verder op, dat belanghebbende sedertdien niets meer heeft vernomen en dat de woning zich nog steeds ter plaatse bevindt en na het voorgevallene op normale wijze is aangesloten aan het electrisch lichtnet en aan het buizennet der waterleiding. Spreker brengt vervolgens onder de aandacht dat er nog 2 personen zijn die ook aan de Groeneweg een wo- "zufle^v1^ blT9n ei\indien dit niet wordt toegestaan naar elders "trekken om daar te bouwen. Spreker vraagt zich af of het SoeneSe«eVedïeet^ verdle™ maatregelen te treffen dat aan de roeneweg die toch een polderweg is, gebouwd mag worden, daar de Sltïïa - daar geheel anders ligt dan bv. aan de Roosendaalsebaan Wethouder Ernest merkt op, dat het bouwen aan de Groeneweg volgens het uitbreidingsplan nu eenmaal niet geoorloofd is. volgens e voorzitter wijst er op, dat het herhaaldelijk voorkomt, dat ner geoorloofd Wlll®n+b°uwen' waar het volgens het uibreidingsplan niet geoorloofd is en dat het op grond hiervan voor burgemeester en wet- ouders niet mogelijk is een bouwvergunning te verlenen. De heer Vissenberg merkt op, dat nu geen premie voor de bouw van anderfeïigt! PlaatS6 gevraagd wordt, de zaak naar zijn oordeel toch De voorzitter antwoordt, dat dit niet ter zake doet, daar het in eze een kwestie betreft die het uitbreidingsplan raakt. De heer Vissenberg brengt hierna dank aan het college van burge meester en wethouders en aan de direktie van de B.B.A. voor het plaat een van een abri te Stampersgat, piaat- De heer van Dongen merkt op, dat in een vorige vergadering aan "Gas tel vooruit" een indirekt subsidie is toegekendf ondef vooïwfardï, dat

Raadsnotulen

Oud en Nieuw Gastel: 1938-1980 | 1963 | | pagina 49