8
Verhpging gem. 9 «Verhoging gemeentelijke vergoeding,bedoeld in artikel 101 bis vande
verg.«bedoeld lager onderwijswet 1920,ten behoeve van de r.k.meisjesschool voor g.l.
in art 101 bis o. te Oud-Gastel (prae-advies nr.'62.068).
1 o wet 1920 Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders wopdt zon-
t.b.v. r.k. der hoofdelijke stemming besloten de gemeentelijke vergoeding,bedoeld
gleisjesschool in artikel 101 bis van de lager onderwijswet 192t,ten behoeve van de
voor g.l.o, te r.k.meisjesschool voor gewoon lager onderwijs te Oud-Gastel,vanaf 1
Oud-Gastel september 1962,toe te kennen voor 11 wekelijkse klokuren.
Wijziging 10.Wijziging van de gemeentebegroting voor het dienstjaar 1962,
van de ge- Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders wordt zonder
meentebegro- hoofdelijke stemming besloten tot vaststelling van het 13e besluit tot
ting voor wijziging van de gemeentebegroting voor het dienstjaar 1962,houdende
het dienst- verlening van een krediet tot een bedrag van 7.385,voor de aanschaf-
jaar 1962. fing van een motorspuit met toebehoren.
Rondvraag Hierna vraagt de voorzitter of een der leden nog iets in het belang van
de gemeente te vragen of mede te delen heeft.
Mevrouw Akkermans vraagt,met het oog op de belangen van haar gezin,de
vergaderingen van de gemeenteraad,voortaan zo mogelijk,in plaats van om
7.00 uur om 7.30 uur te houden.
De voorzitter antwoordt,dat hij gaarne het verzoek van Mevrouw Akkermans
in welwillende overweging zal nemen.
De heer Vissenberg dankt de vporzitter voor het van hem ontvangen bericht
over de kermis te Stampersgat,naar aanleiding van een in een vorige ver
gadering gestelde vraag,Spreker merkt op,dat het inderdaad zo is,dat de
provincie het standpunt heeft ingenomen,dat de plaatsing van de kermis-
inrichtingen langs de provinciale weg,zoals vroeger het geval was,niet
meer toegestaan kan worden en vraagt of het met medewerking van het ge
meentebestuur niet mogelijk is,dat de ingezetenen van Stampersgat aan de
provincie verzoeken om toe te staan,dat de kermisinrichtingen voortaan
weer langs de provinciale wpg geplaatst worden,wat naar sprekers mening
geen enkel bezwaar oplevert,indien wordt overgegaan tot verwijdering van
de provinciale plantsoentjesdie een sta in de weg zijn en dan,wat met
het oog op de breedte van de weg zeer goed mogelijk is,de inrichtingen
zo te plaatsen,dat het verkeer hiervan geen hinder ondervindt.Spreker
verklaart van mening te zijn,dat,indien de voorzitter in deze zin een
voorstel aan de heer Janssen van de Provinciale Waterstaat doet,een
gunstige beslissing van de zijde van de provincie verwacht mag worden.
Voorts wijst spreker er op,dat,indien tot verwijdering van de plantsoen
tjes zou worden overgegaan de beschikking wordt verkregen over een par
keerruimte die dringend nodig is voor het plaatsen van auto's van kerk
gangers.Thans is de toestand zó,dat de auto's geparkeerd worden voor de
kerk waar de weg erg smal is en wat levensgevaarlijk is voor het verkeer.
Spreker vraagt ten slotte of de voorzitter bereid is zijn medewerking te
verlenen,ten einde de besproken punten tot een oplossing te brengen,dan
wel dat Stampersgat zelf hiervoor pogingen moet aanwenden.
De voorzitter antwoordt,dat hij reeds eerder gezegd heeft gaarne bereid
te zijn in deze te bemiddelen en wijst er op,dat,wat de plantsoentjes
betreft reeds uit een verkeerstechnisch oogpunt aan de provincie het
verzoek is gedaan om het plantsoentje,dat gelegen is op de hoek van de
Brugstraat te verwijderen.Spreker brengt vervolgens onder de aandacht,
dat,indien de verdere onderhandelingen met de provincie geen sukses
zouden hebben altijd nog door de ingezetenen van Stampersgat een verzoek
tot gedeputeerde staten kan worden gericht.
Wethouder Vrolijk verklaart ten volle in te stemmen met het pleidooi van
de heer Vissenberg over de Stampersgatse kermis en wijst er op,dat wat
b.v. voor Etten en Steenbergen geldt,dat bij kermis het verkeer wordt
omgeleid,ook voor Stampersgat mogelijk moet zijn,te meer daar alle wegen
die hierbij betrokken zijn in prima toestand verkeren.