5.
De voorzitter antwoordt, dat getracht is, zowel de heer de Wit als
de heer Janssen, zoveel mogelijk tegemoet te komen, hierbij rekening
houdende met het feit, dat de heer Janssen steeds gebruiker van het
betreffende perceel is geweest. Aangezien de heer de Wit voornemens
is ter plaatse een garage te bouwen is hem 7 meer toebedeeld,
wat naar het oordeel van burgemeester en wethouders redelijk is.
De heer Vissenberg vraagt of het besluit in die zin kan worden her
zien, dat het voor de heer de Wit mogelijk is om op een doelmatige
wijze met zijn auto zijn garage te bereiken.
De voorzitter antwoordt, dat het besluit tot verkoop reeds door ge
deputeerde staten is goedgekeurd, zodat het bezwaarlyk aangaat hier
op terug te komen. Spreker zegt toe de situatie ter plaatse nog eens
met het hoofd van gemeentewerken te zullen opnemen en te zullen trach
ten tot een voor beide partijen bevredigende oplossing te komen.
Hierna merkt de heer van Dongen op, dat op bladzijde 10, onder punt 17
betreffende het gemeentelijk woningbedrijf vermeld staat, dat de raads
leden ruimschoots gelegenheid zal worden gegeven om van de begroting
kennis te nemen. Spreker meent, dat indertijd een meer concrete toe
zegging is gedaan en wel in die zin, dat men degenen, die daarin be
langstellen, zou laten weten, wanneer de gemeentelijke woningbedrijfs-
stukken ter inzage liggen.
De voorzitter antwoordt, dat de begroting in ontwerp gereed is, doch
nog getypt moet worden en dat indien de beschikbare tijd bij het ter vi
sie leggen van de raadsstukken te kort is om volledig van de beschei
den kennis te nemen, een afspraak gemaakt kan worden om van de betref
fende bescheiden ter sekretarie inzage te komen nemen. In ieder geval
zal v<5ór de behandeling van de begroting in de vergadering van de ge
meenteraad voldoende gelegenheid worden gegeven om, behalve bij de nor
male ter visie legging van de raadsstukken, van de betreffende beschei
den kennis te nemen.
Hierna worden de notulen zonder hoofdelijke stemming ongewijzigd vast
gesteld.
Ingekomen 2. Ingekomen stukken (prae-adviezen nrs. 62.012 en 62.005)
stukken. a. het Koninklijk besluit van 11 januari 1962, no. 79, tot goedkeu
ring van het raadsbesluit van 10 november 1961 tot wijziging van
de Winkelsluitingsverordening 1961
b. het besluit van gedeputeerde staten van Noord-Brabant, dd. 31
januari 1962, G. nr. 15.160, tot vaststelling van het presen
tiegeld voor het bijwonen van de vergaderingen van de gemeente
raad op 10,per lid en per bijgewoonde vergadering, zulks in
gaande 2 januari 1962;
c. het besluit van gedeputeerde staten van Noord-Brabant dd. 31
januari 1962G. nr. 410, tot verdaging van de beslissing om
trent het raadsbesluit van 9 juni 1961tot vaststelling van een
plan tot partiële wijziging van het uitbreidingsplan in onderde
len, kom Oud-Gastel, gedurende zes maanden, te rekenen van 4 fe
bruari 1962 af;
d. een besluit van gedeputeerde staten van Noord-Brabant, dd. 10
januari 1962, G. nr. 11287, tot goedkeuring van het raadsbesluit
dd. 10 november 1961 tot 14e wijziging van de gemeentebegroting
voor 19611
e. een besluit van gedeputeerde staten van Noord-Brabant, dd. 20
december 1961G. nr. 11288, tot goedkeuring van het raadsbesluit
van 10 november 1961tot 15e wijziging van de gemeentebegroting
voor 1961
f. een besluit van gedeputeerde staten van Noord-Brabant dd. 3 janu
ari 1962, G. nr. 9995» tot goedkeuring van het raadsbesluit van
10 november 1961nr. 2538, strekkende tot aankoop van grond te
Stampersgat van de V.C.S. "Dinteloord"s