16 De voorzitter antwoordt, dat overleg met de betreffende technisch hoofdambtenaar van de provinciale waterstaat over het aanbrengen van verbeteringen aan genoemd wegdek heeft plaats gehad. Hierbij is geble ken, dat de provinciale waterstaat het standpunt inneemt, dat over aan te brengen verbeteringen eerst onderhandeld kan worden, nadat de nieuwe verbindingsweg tussen Rijpersweg en Roosendaalsebaan tot stand zal zijn gekomen. De heer Vissenberg vraagt of het niet mogelijk is de sloping van de 5 noodwoningen te Stampersgat zo lang mogelijk uit te stellen, wat in het belang van de betreffende bewoners zou zijn met het oog op toewij zing van andere geschikte woonruimte. De voorzitter antwoordt, dat het een positieve eis is, dat na de rea lisering van het bouwvolumen 1962, 5 noodwoningen verdwijnen. De heer van Dongen merkt op, dat de K.A.B. niet te spreken is over de vertegenwoordiging in de commissie gezamenlijke bouwstichting met Oudenbosch, waartoe alle reden is, nu de grote standsorganisatie van de K.A.B. geen enkele binding met deze commissie heeft. Bovendien is deze commissie politiek onaanvaardbaar, omdat uit een politieke ge- joreenteraadspartij 3 personen in de commissie vertegenwoordigd zijn en de andere politieke partijen helemaal niet. Spreker dient een motie van afkeuring in over de wijze, waarop deze commissie is samengesteld en brengt onder de aandacht, dat hij over deze kwestie het laatste woord nog niet heeft gesproken. De voorzitter antwoordt, dat bij het samenstellen van deze commissie geheel buiten beschouwing is gebleven de kwestie van het al of niet aangesloten zijn bij een politieke partij of bij een standsorganisatie en wijst er op, dat mogelijk bij het ontstaan van een vakature in de com missie met de suggestie van de heer van Dongen rekening zou kunnen worden gehouden en brengt voorts onder de aandacht, dat, indien dit geschiedt, eveneens rekening zal zijn te houden met de andere stands organisaties en andere politieke groeperingen. De heer van Dongen blijft van mening, dat de samenstelling van de com missie, doordat daarin zitting hebben 3 personen, die tot eenzelfde politieke raadspartij behoren ten enenmale onjuist en verwerpelijk is. De heer Vissenberg verklaart zich met de mening van de heer van Dongen te kunnen verenigen. De voorzitter wijst er nogmaals op, dat er geen sprake van is, dat bij het samenstellen van de commissie een rol gespeeld heeft het al of niet aangesloten zijn bij een standsorganisatie of een politieke partij. Wethouder Vrolijk wijst er op, dat het hem noch als wethouder, noch aLs privé-persoon bekend is wie de stichting geformeerd heeft. De voorzitter wijst er op, dat het Katholiek Instituut voor Volkshuis vesting te Utrecht het initiatief heeft genomen over te gaan tot op richting van een woningstichting, die zich ten doel stelt in het belang van de volkshuisvesting werkzaam te zijn. De heer L. Jansen (lid van de commissie) merkt op, dat in de commissie vergaderingen nimmer over politiek wordt gesproken en dat hij er van overtuigd is, dat bij de samenstelling van de commissie politieke over wegingen niet hebben gegolden. Hierna merkt de voorzitter op, nadat nog de heren van Dongen en Vis senberg getracht hebben over deze aangelegenheid het woord te voeren, dat, aangezien het in deze een aangelegenheid betreft, die niet tot de competentie van de raad behoort, de discussies hierover gesloten worden. Op de vraag van de voorzitter of een der leden nog iets in het belang van de gemeente te vragen of mede te delen heeft, vraagt de heer L.Jan sen of er een kans bestaat, dat nog dit jaar tot de bouw van bejaarden woningen wordt overgegaan. De voorzitter antwoordt, dat het voor dit jaar toegewezen bouwvolumen de bouw van bejaardenwoningen helaas niet toelaat.

Raadsnotulen

Oud en Nieuw Gastel: 1938-1980 | 1962 | | pagina 16