De voorzitter wijst er op,dat de automobilisten de door hen verschul
digde wegenbelasting aan het rijk betalen en dat het rijk een wegen
fonds heeft en dat uit dit wegenfonds bedragen ter beschikking worden
gesteld aan de provincie en in sommige gevallen ook aan waterschappen
en gemeenten.
De heer Vissenberg merkt op,dat de verbetering van de weg in overleg
met het waterschap ih orde is gekomen en dat hij er toch wel ver
trouwen in heeft,dat dit bok met de provincie het geval zal zijn.
De voorzitter antwoordt,dat hij van oordeel is,dat het door de heer
Vissenberg geopperd idee niet te verweëenlijken is,maar dat hij er
geen bezwaar tegen heeft de gedane suggestie ter kennis te brengen
van het waterschapsbestuur.
Wethouder Vrolijk verklaart het met de voorzitter roerend eens te
zijn,dat het niet te verwachten is,dat onderhandelingen met de provin
cie gcan sukses zullen opleveren,maar van de andere kant verklaart
spreker het met de heer Vissenberg eens te zijn,dat de weg die loopt
vanaf de Kapelberg over Stampersgat naar de Standdaarbuitensedijk
geen zuivere polderweg meer is en dat het dientengevolge beslist on
juist is,dat de onderhoudskosten ten laste van de boeren komen.
De voorzitter verklaart van mening te blijven,dat er geen sprake van
is,dat de provincie de weg in beheer en onderhoud zal overnemen,maar
dat het zo zou moeten zijn,dat het waterschap uit het wegenfonds een
uitkering ontvangt.
De heer Vissenberg merkt op,dat het hem telkens opnieuw hindert,dat,
indien hij in de omgeving van de sloperij te Stampersgat komt,dat
daar ter plaatse nog steeds een vuilnisbelt aanwezig is,die in hoge
mate het dorpsbeeld ontsiert en doet een dringend beroep op het ge
meentebestuur om hierover kontakt met de heer Levy op te nemen.
De voorzitter antwoordt,dat hierover met de heer Levy reeds kontakt
is opgenomen,doch dat de heer Levy bij deze gelegenheid gevraagd
heeft hierop nog een keer terug te komen.
De heer Vissenberg vraagt vervolgens nadere inlichtingen over het
stukje gemeentegrond,dat gelegen is naast het pand van de heer Rom-
bouts te Stampersgat en waarvoor destijds een verzoek is ingediend
om dit te mogen kopen voor de oprichting van een garage.
De voorzitter antwoordt,dat een drietal verzoeken zijn ontvangen om
dit stukje grond te mogen kopen in behandeling zijn,maar dat bepaal
de moeilijkheden,die zich met betrekking tot een eventuele verkoop
voordoen nog moeten worden opgelost.
Hierna merkt de heer Vissenberg op,dat de gemeente het perceel des
tijds heeft aangekocht met het oog op het leggen van een weg te2plaat
se. Spreker verklaart het op prijs te zullen stellen,dat aan £efbetref
fende perceel zo spoedig mogelijk een definitieve bestemming gegeven
zal worden.
De voorzitter antwoordt,dat dit inderdaad gewenst is.
Mevrouw Akkermans brengt onder de aandacht,dat zich tussen de mooie
woningen,die zich komende vanaf het dorp,bevinden aan de rechterzijde
van de Roosendaalsebaan,een garage bevindt,die wegens de verschrikke
lijkheid van de kleur (geel) de hele omgeving ontsiert.Spreekster
vraagt zich af hoe het mogelijk is,dat,nu in deze tijd alles aan
banden is gelegd,vergunning is verleend om zo'n geval daar te plaat
sen.
De voorzitter antwoordt niet precies te weten wat mevrouw Akkermans
bedoelt.
Mevrouw Akkermans verklaart er geen bezwaar tegen te hebben zich
nader te verklaren en zegt,dat het in deze de garage betreft,die door
de heer Piasmans is opgericht.
De voorzitter wijst er op,dat voor het plaatsen van een garage op de
door Mevrouw Akkermans bedoelde plaats toestemming verkregen moet wor
den van de provincie.
Mevrouw Akkermans verklaart van mening te zijn,dat het wel erg moei
lijk is oon !*o danige ver gunning to krijgen-en* dat zijher van over
tuigt? is dat het niet iedereen gelukt een gunstige beslissing te krijgen.