11
De heer VISSENBERG geeft in overweging, bij wijze van proef toe te staan
dat zich op de aangegeven plaatsen tegen de gevel hoogstens drie rijwielen
geplaatst mogen worden.
De voorzitter antwoordt, dat naar zijn mening hierdoor het beoogde doel
niet wordt bereikt.
De heer ERNEST vraagt of het niet mogelijk is aan de overzijde van de
Markt, ter plaatse waar de twee oude huizen hebben gestaan een fietsenrek
te plaatsen of een schutting aan te brengen, waartegen de rijwielen ge
plaatst kunnen worden.
De voorzitter antwoordt, dat het plaatsen van een schutting naar zijn
mening geen aanbeveling verdient en dat het beter is om voor het plaatsen
van de rijwielen naar een andere oplossing uit te zien.
Op de vraag van de heer KOEVOETS of het niet mogelijk is op een nader
te bepalen plaats parkeertegels te leggen, antwoordt de voorzitter, dat dit
naar zijn mening geen oplossing geeft, daar slechts een beperkt aantal te
gels gelegd zouden kunnen worden.
Wethouder VROLIJK merkt op, dat hij naar aanleiding van een onderhoud dat
hij gehad heeft met een caféhouder over deze aangelegenheid en na de zaak
nog eens bestudeerd te hebben tot de konklusie is gekomen, dat de voorge
stelde maatregelen toch wel erg ingrijpend zijn door te bepalen, dat ter
p aatse geen enkele fiets op het trottoir geplaatst mag worden. Spreker
is van oordeel, dat het aanbeveling verdient de beslissing over het voor
stel van burgemeester en wethouders tot de volgende vergadering aan te
houden.
Op de vraag van de voorzitter of dit voorstel gesteund wordt, antwoorden
de heren VISSENBERG en ERNEST bevestigend.
Hierna wordt, nadat nog een korte gedachtenwisseling heeft plaats gevonden
zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel -van wethouder Vroliik
besloten. 0
Ambtswoning 21. Ambtswoning voor de burgemeester, (prae-advies nr. 61.115)
burgemeester De voorzitter merkt op, dat burgemeester en wethouders op de gronden
neergelegd in bovengenoemd prae-advies voorstellen niet over te gaan tot
het aanbrengen van verbeteringen aan de ambtswoning, doch "in principe"
te besluiten tot de bouw van een nieuwe ambtswoning over te gaan.
Spreker merkt verder op, dat, nu het een aangelegenheid betreft, die hem
zelf aangaat hij er de voorkeur aan geeft niet nader in te gaan op het
voorstel van burgemeester en wethouders, doch de gelegenheid open te stellen
hierover van gedachten te wisselen.
Jethouder VROLIJK merkt op, dat uit het uitvoerig rapport van de dienst
van openbare werken blijkt, dat de kosten van verbetering van de ambtswoning
circa 40*000, zullen bedragen. Ook al zou in aanmerking worden genomen
dat dit bedrag aan de hoge kant ligt en gesteld, dat de kosten de helft
zullen bedragen, dan is mede rekening te houden met het feit, dat ter re
alisering van het uitbreidingsplan aangekocht zal moeten worden de woning
van de Wed. vanMerrieriboer voor een prijs, die zal liggen tussen de
j 22.000, en j 26.000, In totaal zal de gemeente in dit geval een
uitgaaf moeten doen van ruim 40.000,Spreker vraagt zich af of het
met verstandiger is de geprojecteerde straat te verleggen naar de plaats
waar de ambtswoning staat wat met het oog op de ruimte veel aantrekkelijker
is dan de plaats waar zich de woning van de Wed. van Merrienboer bevindt
en tot de bouw van een nieuwe ambtswoning over te gaan.
De heer VISSENBERG merkt op, dat ook hij van mening is, dat het geraamde
bedrag van 40.000,aan de hoge kant is. Spreker vraagt zich af of geen
andere voordeliger oplossing mogelijk is, n.l. door de doorbraak te pro
jecteren ter plaatse waar zich het niet bewoonde pand van de familie Mast
boom bevindt en daarbij tevens te betrekken de onbewoonbaar verklaarde
woning van de familie van Domburg.
Wethouder VROLIJK merkt op, dat de gronden, die gelegen zijn achter de
door de heer Vissenberg bedoelde woningen niet in eigendom aan de gemeente
toebehoren, zodat ter verkrijging van deze eigendommen vermoedelijk een
onteigeningsprocedure zal moeten worden gevoerd, wat veel tijd in beslag
neemt en voor de gemeente hoge kosten met zich brengt, terwijl de gronden
gelegen achter de ambtswoning reeds eigendom van de gemeente zijn, zodat
