k.
4'
Vaststelling
staten nog
te verhalen
posten,over
Voorlopige
vaststelling
rekening ge
meentelijk
woningbedrijf
en gemeente-
rekening over
het dienst
er 1955»
4» Voorstel van burgemeester en wethouders om over te gaan tot vast
stelling van de staten van de oninbare en nog te verhalen posten
over 1955»
Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders wordt zonder
hoofdelijke stemming besloten deze staten als volgt vast te stellen;
Hoofdstuk I
Hoofdstuk III
Hoofdstuk V
Hoofdstuk VII
Hoofdstuk VIII, 10
Hoofdstuk VIII, 16
Hoofdstuk IX
te verhalen,,
te verhalen,
te verhalen,,
te verhalen
te verhalen,
te verhalen,,
te verhalen,.
275,99
504,—
17,55
130,—
8.883,—
975,—
3.298,67
5. Voorstel van burgemeester en wethouders om over te gaan tot voor
lopige vaststelling van de rekening van het gemeentelijk woningbe
drijf en van de gemeenterekening over het dienstjaar 1955
De Voorzitter vraagt of de commissie in wier handen deze rekeningen zijn
gesteld ter fine van onderzoek en rapport zich van haar taak heeft gekwe
ten.
De heer CORSTJENS, lid en voorzitter van gemelde commissie rapporteert,
dat de commissie, bestaande uit de heer Theunisse en hem (de heer Moerings
was afwezig) beide rekeningen op 8 april 1957 heeft nagezien en in orde
bevonden, zodat hij namens de commissie voorstelt om tot voorlopige vast
stelling van deze rekeningen over te gaan, zoals deze respectievelijk
door de administrateur en de gemeente-ontvanger zijn opgemaakt en aan bur
gemeester en wethouders zijn aangeboden.
De voorzitter vraagt of een der leden nog op- of aanmerkingen op deze
rekeningen heeft, deze artikelsgewijze wenst te behandelen of toelichting
verlangt.
Aangezien niemand het woord verlangt, wordt vervolgens zonder hoofdelijke
stemming overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders en het
advies van de commissie van onderzoek besloten beide rekeningen voorlopig
vast te stellen als volgt;
rekening gemeentelijk woningbedrijf:
Afdeling I. baten op 109.428,37
lasten op.
Saldo
Afdeling II.: kapitaalsontvangsten op.
kapi t aalsui tgaven
Géme e nte r e ke ni ng
Gewone dienst:inkomsten op
uitgaven op.
Kapitaaldienst:inkomsten op.
uitgaven op
Saldo
Batig
saldo
109.428,37
nihil
180.830,85
180.830,85
nihil
1.090.640,11
1.027.584,38
t63.055,7?
2.988.356,91
3.143.284.58
Nadelig saldo 154.927,67
Toekenning
uitkering
10% over het
4& kwartaal
1956 wegens
kindertoela
ge en kinder-
toesl&g.
6. Voorstel van burgemeester en wethouders om over te gaan tot toe
kenning van een uitkering van 10$ van het wegens kindertoelage
en kindertoeslag genoten bedrag over het 4e kwartaal 1956.
Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders wordt naar
aanleiding van een ontvangen circulaire van de minister van binnenland
se zaken, bezitsvorming en publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie, dd.
13 februazi 1957, hoofdafdeling O.P.Z. afdeling bezoldiging, bureau II
nr. 25964, zonder hoofdelijke stemming besloten aan hen, die als ambte
naar in de zin van artikel 1 van de kindertoelageverordening 1954, in
gevolge deze verordening gedurende het tijdvak van 1 oktober 1956 tot
1 januari 1957 een kindertoelage en kindertoeslag hebben genoten, een
uitkering toe te kennen ten bedrage van 10$ van het deswege over dat
tijdvak genoten bedrag.