6. 8. Voorstel van burgemeester en wethouders on over te gaan tot uitlening van gelden aan de Stichting Sportpark. De Voorzitter merkt op, dat burgemeester en wethouders voorstellen aan de Stichting Sportpark alhier, ter leen te verstrekken een bedrag van 3.000,voor de tijd van 10 jaar, met een jaarlijkse aflossing van 300,tegen een rente van 35k% per jaar, teneinde genoemde stichting in staat te stellen over te gaan tot terugbetaling van de destijds door de R,K.Spotclub "Gastel" ten behoeve van het sportpark geinvesteerde gelden. De heer KOEVOETS merkt op, vernomen te hebben, dat de voetbalclub on langs extra gelden heeft ontvangen, zodat hij het een vreemde geschiedenis vindt, dat deze club thans tot terugvordering van de geïnvesteerde gelden overgaat. De Voorzitter antwoordt, dat het ontvangen van extra gelden door de Sport club niets te naken heeft met hetgeen thans aan de orde is. Het gaat er in deze om, dat de sportclub door haar ten behoeve van de stichting Sportpark geleende gelden wenst terug te ontvangen. De Heer Theunisse merkt op, dat, nu de gemeente zich destijds garant heeft verklaard voor de stichting "Sportpark" het voorstel van burgemees ter en wethouders naar zijn oordeel redelijk en aanvaardbaar is. Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders wordt voorts zonder hoofdelijke stemming besloten. Aangaan 9. Voorstel van burgemeester en wethouders om over te gaan tot het aangaan geldlenings- van een geldleningsovereenkomst tot het volstorten van de gemeentelijke overeenkomst aandelen in de ÏÏ.V. Water leidingmaatschappij Noord-West Brabant. met N.V.Wa- Overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt zonder tori ei ding- hoofdelijke stemming besloten met de i-I.V .Waterleidingmaatschappij N.W.Brabant mij. N.W.Bra-een geldleningsovereenkomst aan te gaan tot een bedrag van 63.000,— bant. tegen een rente welke jaarlijks zal overeenkomen met het uit te keren di vidend, doch met een maximum van s-jaars, zullende deze lening geacht worden te zijn aangegaan op 15 maart 194-7. Verkeers- 10. Voorstel van burgemeester en wethouders om met intrekking van het raads- maatregelen. besluit van 9 februari 1956 over te gaan tot het treffen van diverse verkeersmaatregelen. De Voorzitter merkt op, dat burgemeester en wethouders voorstellen, met intrekking van het raadsbesluit van 9 februari 1956, met ingang van 1 juli 1956, de volgende verkeersmaatregelen te treffen: 1e. aanwijzing als voorrangsweg van de gemeentelijke traverse in de provin ciale wer van Stampersgat naar Roosendaal; 2e. aanwijzing als voorrangskruising van de splitsing bij het dijkgat, met bepaling, dat het verkeer, komende uit de Veerkensweg moet stoppen alvorens de sub 1 bedoelde gemeentelijke traverse op te rijden; 3e. de Achterdijk gesloten te ver laren voor het verkeer met rij en voer tuigen, rij en trekdieren enz.,met uitzondering van het voetgangers verkeer in de richting van de Veerkensweg (richting Zuid-Noord); 4e. vast te stellen een wachtverbod voor de Westzijde van de Dorpsstraat en de Markt, beide zijden van de kerkstraat vanaf de Veerkensweg tot aan het Sluiske en voor het overige gedeelte van de kerkstraat en het Moleneind voor de Westzijde; 5e. aan te wijzen 'als voorrangssplitsing de splitsing van de sub 1 bedoelde voorrangsweg en de Koelestraat, de Julianastraat en 't Sluiske, met bepaling, dat het verkeer komende uit die wegen moet stoppen alvorens de gemeentelijke traverse op te rijden. De Heer LUIJTEN vraagt waarom voorgesteld wordt om voor het gedeelte van de Kerkstraat vanaf de Veerkensweg tot aan het Sluiske voor beide zijden een wachtverbod uit te vaardigen. De Voorzitter antwoordt, dat in overleg met deskundigen van de verkeers- groep van de rijkspolitie en de groepscommandant van de rijkspolitie, alhier, door burgemeester en wethouders wordt voorgesteld de thans bestaande toe stand ter plaatse te handhaven met het oog op de onoverzichtelijke bocht in het begin van de Kerkstraat. Uitlening gelden aan stichting Sport y;ark.

Raadsnotulen

Oud en Nieuw Gastel: 1938-1980 | 1956 | | pagina 32