5. 7. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om over te gaan tot vaststel ling van een regeling met "betrekking tot subsidiering van muziekge zelschappen en andere daarvoor in aanmmerking komende gezelschappen. Nadat de ontwerp-regeling door de Voorzitter in haar geheel is voor gelezen en nader is toegelicht merkt de heer Hürxkens op, dat hij met de ontwerp-regeling wel accoord kan gaan, doch dat hij de daarin op genomen subsidiebedragen met het oog op de duurte van muziekinstrumen- ter te laag acht. De Voorzitter antwoordt, dat hij het met de zienswijze van de heer Hürxkens, met betrekking tot de subsidiebedragen niet eens is, daar voor wat de muziekgezelschappen betreft het subsidiebedrag volgens de ontwerpregeling in de laagste klasse hoger is, dan thans het geval is. De heer Koevoets merkt op, dat hij zich met de ontwerp-regeling niet kan verenigen, daar gezelschappen, die met moeilijkheden te kampen hebben, buiten de regeling kunnen vallen. De Voorzitter vestigt er nogmaals de aandacht op, dat het laagste bedrag dat de regeling aangeeft nog het dubbele is van het tegenwoor dige subsidiebedrag. Wethouder Vrolijk merkt op, dat het naar zijn oordeel redelijk zou zijn dat gezelschappen met instrumenten voor enigszins hogere subsi diebedragen in aanmerking gebracht kunnen worden. De Voorzitter antwoordt dat deze gezelschappen volgens de ontwerp regeling reeds een hoger subsidie zullen ontvangen. De Heer Koevoets verklaart van mening te blijven, dat de ontwerp regeling niet bevredigt, daar, ofschoon beide in deze gemeente aan wezige gezelschappen dezelfde uitgaven hebben het gezelschap van Stampersgat zoveel meer subsidie zal ontvangen. De Voorzitter antwoordt, dat de regeling nu eenmaal gebaseerd is op de prestaties. Wethouder Vrolijk merkt op, dat de gevoerde besprekingen hem tot de overtuiging hebben gebracht, dat het alleszins redelijk is dat de ontwerpregeling in die zin wordt aangevuld, dat behalve het sub sidie, waarop de vereniging aanspraak maakt jaarlijks een nader te bepalen bedrag ontvangt als bijdrage in de kosten van aanschaffing van nieuwe instrumenten. De Voorzitter wijst er nogmaals op, dat de ontwerpregeling reeds onderscheid maakt tussen gezelschappen met en zonder instrumenten. De Heer Vissenberg merkt op, dat hij zich met de ontwerpregeling wel kan verenigen, doch vraagt zich af, of het geen aanbeveling verdient om een puntensysteem toe te passen en dat aan de hoogste geclasseerde vereniging een extra subsidie van b.v. 250,- wordt verleend. De Voorzitter antwoordt, dat Burgemeester en Wethouders oorspron kelijk ook aan dit systeem gedacht hebben, doch hiervan zijn terug gekomen, omdat het practisch niet mogelijk is juryleden aan te trek ken, die de prestaties van alle verenigingen kunnen beoordelen. Wethouder Verholen stelt voor de ontwerpregeling te aanvaarden en het volgend jaar na te gaan of er termen aanwezig zijn hierin wijzi ging te brengen. De Heer Hürxkens merkt op, dat hij van mening blijft, dat de ont werpregeling behoort te worden aangevuld met een bepaling, dat daar voor in aanmerking komende muziekgezelschappen behalve voor het nor male subsidie voor een extra bedrag in aanmerking komen voor de aan koop van instrumenten en stelt voor dienaangaande een bepaling op te nemen, welk voorstel gesteund wordt door de horen Koevoets en Vrolijk. Hierna brengt de Voorzitter het voorstel van Burgemeester en Wet houders in stemming, dat met 8 tegen 5 stemmen wordt aangenomen. Voor dit voorstel verklaren zich de herenTheunisseVreugde, Moerings Luijten, AkkermansVerholen, van Rijsbergen en Vissenberg, Tegen de heren Vrolijk, Hürxkens, Corstjens, Roosendaal en Koevoets.

Raadsnotulen

Oud en Nieuw Gastel: 1938-1980 | 1954 | | pagina 45