5.
'Wethouder Vrolijk merkt op, dat hij het medelid van de gemeenteraad
de Heer Roosendaal niet heeft kunnen overtuigen, dat, voor wat de
Vlaamse Kermis die door "Gastel Vooruit" hij gelegenheid van de a.s.
wielerronde georganiseerd is vermakelijkhedenbelasting verschuldigd is.
Spreker vestigt er voorts de aandacht op, dat hij gelegenheid van de
laatste wijziging van de verordening een bepaling is opgenomen, dat ter
plaatse gevestigde verenigingen voor het geven van toneeluitvoeringen
of uitvoeringen die op hun terrein liggen eenmaal per jaar vrijstelling
van het betalen van vermakelijkhedenbelasting kunnen krijgen. Nu is se
dert de in werking treding van deze wijzigingsverordening aan bepaalde
plaatselijke clubs ontheffing verleend, wat in feite niet mogelijk was.
In verband met telkens terugkerende moeilijkheden op dit gebied, nu weer
met de Vlaamse Kermis, die binnenkort gehouden wordt, zou spreker gaarne
zien, dat de Raad zich over deze aangelegenheid uitsprak.
De Voorzitter antwoordt, dat, ofschoon in een advertentie opgenomen
in een kermisvakblad ten aanzien van de vermakelijkhedenbelasting niets
is vermeld, zodat de exploitanten rekening hebben te houden met het feit
dat belasting verschuldigd is, het voor hen ongetwijfeld een tegenvaller
zal zijn, indien in tegenstelling met vorige jaren belasting verschul
digd is
Wethouder Verholen merkt op, dat op het tijdstip, waarop de Vlaamse
kermis georganiseerd is de organisatoren toch met het feit bekend waren
dat de verordening gewijzigd is.
De Heer Theunisse merkt op, dat indertijd de bedoeling heeft voorge
zeten om na de wijziging van de verordening strikt de hand te houden
aan de vrijstellingsbepaling.
De Voorzitter antwoordt, dat dit inderdaad zo is, doch wijst er op
dat indien de ondernemers belasting zullen moeten betalen voor het
organiserend comité grote moeilijkheden zullen ontstaan en dat het in
dat geval lang niet denkbeeldig isdat de kermis geen doorgang zal
kunnen vinden. Verder brengt spreker onder de aandacht, dat niet voor
bij mag worden gezien, dat het voor een aantal zakenmensen van groot
belang is dat een wielerronde gehouden wordt. Spreker vraagt zich af
of het niet verantwoord zou zijn, mede met het oog op het feit, dat de
wijzigingLverordening eerst onlangs is goedgekeurd, om ditmaal nog een
soepel standpunt in te nemen.
De Heer Akkermans merkt op, dat hij het niet juist zou vinden, dat
de gemeenteraad aan de niet naleving van een vastgestelde verordening-
zou medewerken.
De Heer Roosendaal merkt op, dat het onbillijk is, dat de belasting
voor andere vermakelijkheden dan danspartijen 10% bedraagt en dat voor
een wielerronde 30f/o verschuldigd is.
De Voorzitter antwoordt, dat de Heer Roosendaal de zaak niet juist
stelt daar in deze sprake is van een gemeentelijk subsidie van JOffo,
dat het organiserend comité uit de gemeentekas ontvangt. Mogelijk ver
dient het aanbeveling dit subsidie hoger te stellen, doch hierdoor is
voor dit jaar de moeilijkheid niet opgelost.
Wethouder Vrolijk merkt op, dat naar zijn oordeel geen andere oplos
sing mogelijk zal zijn dan dat exploitanten en comité ieder voor de
helft de belasting voldoen.
Nadat nog uitvoering over de toepassing van de verordening op de hef
fing van een vermakelijkhedenbelasting van gedachten is gewisseld,
merkt de Voorzitter op, dat het aanbeveling verdient, dat het organise
rend comité zich voortaan tijdig tot Burgemeester en Wethouders wendt
ter bespreking van de te treffen maatregelen met betrekking tot de hef
fing van de vermakelijkhêdenbelasting.
De Heren Koevoets en van Rijsbergen wijzen er op, dat het naar hun
mening niet juist is, dat in de Goede Week een vergadering van de ge
meenteraad is belegd, nu allerwege er op aangedrongen wordt, ook bij
particuliere verenigingen om in deze week niet te vergaderen.