-4- Begrotings wijzigingc. dienstjaar 1951. Rondvraag. is met de eigenaar en diens raadsman Mr. Toxopeus uit Breda "besproken. Het resultaat van dit onderhoud is geweest, dat de Heer van Aken zich bereid heeft verklaard op advies van diens raadsman, die een procedure voor beide partijen niet wenselijk acht vanwege de zeer hoge hieraan verbonden kosten, met een schadevergoeding van 3500,genoegen te nemen, met verplichting om de woning, die inmiddels onbewoonbaar is verklaard zo spoedig mogelijk af te breken. Een laatste poging van Burgemeester en 'Wethouders om met een bedrag van 2500,genoegen te nemenis mis lukt Het Dagelijks bestuur is van oordeel om aan de lijdensweg een einde te maken, dat het aanbeveling verdient met het gedane voorstel om de scha devergoeding te bepalen op 3500,accoord te gaan, mede met het oog op de omstandigheid dat het van groot belang is, dat de onbewoonbaar verklaarde woning spoedig uit het centrum van het dorp verdwijnt en dat daarvoor een behoorlijk pand in de plaats komt. De Heer Uitdewilligen vraagt of het pand destijds door de Ortscomman- dant gevorderd is. De Voorzitter antwoordt, dat de vordering door de gemeente is geschied op last van de Ortscommandant De Heer Uitdewilligen vraagt of ook de gemeente een rechtskundig advies heeft ingewonnen. De Voorzitter antwoordt, dat dit geen zin heeft, daar vast staat, dat de gemeente aansprakelijk is voor een behoorlijke bewoning van het ge vorderde. De Heer Moerings merkt op, dat hij geen direct bezwaar heeft tegen het bedrag van 3500,doch vraagt zich af of de ontstane schade niet gedeclareerd kan worden bij de instantie die de bezettingsschade be - handelt. De Voorzitter antwoordt, dat hij hiervan niets verwachtdaar bezet - tingsschade slechts in overweging genomen wordt, indien deze recht - streeks is veroorzaakt door de Duitsers. De Heren Vissenberg en Roosendaal merken op, dat naar hun oordeel de gemeente een vordering heeft op de bewoner van Merrienboer, wat door de Voorzitter beaamd wordt onder opmerking, dat op belanghebbende nu eenmaal niets te verhalen is. De Heer Vissenberg vraagt of het niet mogelijk is aan de toekenning van de schadevergoeding de voorwaarde te verbinden, dat ter plaatse een nieuwe woning gebouwd moet worden. De Voorzitter antwoordt, dat deze eis bezwaarlijk kan worden gesteld. Bovendien is bij de besprekingen slechts uitgegaan van een verplich - ting tot afbraak, daar toen reeds vaststond, dat de eigenaar zeker de verplichting tot het bouwen van een nieuwe woning niet op zich zou ne men. Voorts v/ordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten aan P. van Aken te Breda een schadevergoeding toe te kennen van 3500,wegens aan zijn gevorder de woning Kerkstraat no. 4 aangerichte schade, onder voorwaardedat belanghebbende zich verbindt deze woning binnen een redelijke, door Burgemeester en Wethouders vast te stellen termijn, te zullen afbreken. 7Voorstel van Burgemeester en Wethouders om over te gaan tot wijziging u van de gemeentebegroting en de begroting van het gemeentelijk woning bedrijfvoor het dienstjaar 1951» Na voorlezing vau de ontv/erp-besluiten met daarbij behorende memories van toelichting wordt zonder hoofdelijke stemming besloten deze ont- werp-besluiten vast te stellen. De Voorzitter vraagt vervolgens of een der leden nog iets in het belang van de gemeente te vragen of mede te delen heeft. De Heer Vreugde vraagt of het niet mogelijk is om er bij de PoN.E.M. op aan te dringen, dat de nog niet aangesloten percelen op de Stoof Brems - wegje) spoedig van electriciteit worden voorzien. De Voorzitter antwoordt, dat met de PoN.E.M. met betrekking tot de nog

Raadsnotulen

Oud en Nieuw Gastel: 1938-1980 | 1952 | | pagina 22