O- - 4 - gemeentewege. Het maakt op spreker de indruk dat in deze met twee ma ten wordt gemeten. Voorts acht spreker het niet juist, dat Burge - meester en Wethouders deel uitmaken van het Stichtingsbestuur. Het komt hierop neer, dat de gemeenteraad aan Burgemeester en Wethouders een lening verstrekt. De Heer Vissenberg acht het voorstel van het Dagelijks bestuur onaannemelijk. De Voorzitter merkt op, dat de voetbalvereniging „De Schutters" van Burgemeester en Wethouders dezelfde medewerking heoft ondervonden als het bestuur van de Stichting „Sportpark". Dat het besluit tot uitlening van een bedrag van 2.000,niet door Gedeputeerde Sta - ten is goedgekeurd is een nalatigheid van de vereniging, daar zoals aan het bestuur bericht is Gedeputeerde Staten als eis hebben ge - steld, dat de vereniging rechtspersoonlijkheid moet bezitten. Aan deze eis hebben de Schutters tot heden niet voldaan. Dat Burgemees ter en Wethouders in het stichtingsbestuur zitting hebben is naar sprekers oordeel van groot belang, daar zij daardoor in staat zijn toezicht te houden op de nakoming van de financiële verplichtingen door dit bestuur ten opzichte van de gemeente. Wethouder Verholen merkt op, dat het hem frappeert, dat thans de - zelfde Heron met bezwaren komen, die destijds hebben medegewerkt aan het besluit tot het garanderen van rente en aflossing van een door de Stichting aan te gane geldlening, aangezien in wezen niets veran dert. Spreker verklaart van oordeel te zijn, dat het een gebiedende noodzakelijkheid isdat voor de jeugd voorzieningen worden getrof - fen en vraagt zich af of de tegenstanders de verantwoording op zich durven nemen om de jeugd aan haar lot over te laten. De Heer Akkermans antwoordtdat deze voorstelling van zaken niet juist is, daar nimmer dit standpunt is ingenomen. Het gaat er in deze over dat veel te ver is gegaan. De Heer Moerings vraagt of alle jeugdverenigingen op het sportveld terecht kunnen. De Voorzitter antwoordt, dat dit inderdaad het geval is, doch dat enige vergoeding verschuldigd is. De Heer Moerings merkt naar aanleiding van de opmerkingen van de Heren Akkermans en Vissenberg met betrekking tot het zitting hebben van het voltallig college van Burgemeester en Wethouders in het Stichtingsbestuur op, dat het wellicht aanbeveling verdient om uit de Raad een commissie te benoemen die in het Stichtingsbestuur zit ting heeft. De Voorzitter antwoordt, dat in dat geval de Stichtingsakte zou moe ten worden gewijzigd. De Heer Vissenberg merkt op, dat het naar zijn oordeel aanbeveling verdient het voorstel van Burgemeester en Wethouders tot een volgende vergadering aan te houden. De Voorzitter ontraadt dit met het oog op het afwikkelen van adminis tratieve voorzieningen door het Stichtingsbestuur. Op verzoek van de Heren Vissenberg, Uitdewilligen en Theunisse wordt vervolgens het voorstel van Burgemeester en Wethouders in stemming gebracht dat met 10 tegen 3 stemmen wordt aangenomen. Voor stemden de Heren: IïürxkensRoosendaal, Vrolijk, Luijten, Corstjens, Moe - rings, Vreugdevan Rijsbergen, Verholen en Akkermans, tegen de He ren: Theunisse. Vissenberg en Uitdewilligen. Wethouder Vrolijk merkt hierna op, dat hij het jammer vindt, dat de Heren Vissenberg en Theunisse als voetballiefhebbers tegen het voor stel van Burgemeester en Wethouders hebben gestemd. Het aangevoerde argument van de Voetbalvereniging „De Schutters" is niet steekhou - dend, daar, indien deze vereniging rechtspersoonlijkheid had aange vraagd het besluit tot het verstrekken van 2.000,-- door Gedepu - teerde Staten beslist zou zijn goedgekeurd. Het gaat in deze niet tegen de Schutters! Met de kwestie Stampersgat - Oud Gastel heeft deze zaak niets te maken. De Heer Theunisse protesteert tegen deze laatste uitlating, daar het eerst noemen van Stampersgat een suggestie bevat en verzoekt Wethou- -der-

Raadsnotulen

Oud en Nieuw Gastel: 1938-1980 | 1951 | | pagina 34