Subsidie 1942
N.Br.R.K.Blin-
denzorgvereeni-
ging
Vergoeding kos
ten vervoer kin
deren C.v.Rijs-
bergen en P.Wie-
rikx
Tegemoetkoming
vervoerkosten
kind C.Buckens.
Vergoeding art
84 L.0.wet 1920,
leer-en hulp
middelen, enz.
gymnastiekonder
wijs.
Kuur ambtswoning
burgemeester.
g. Schrijven van de Noord-Brabantsche R.K.Blindenzorgver-
eeniging "St.Antonius van Fadua"te s-Hertogenbosch,d.d.
5 Juli 1941, houdende verzoek om voor het jaar 1942 een
gemeentelijk subsidie te mogen ontvangen.
Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders!
wordt zonder hoofdelijke stemming besloten aan gemelde verj
eeniging, voor het jaar 1942, een gemeentelijk subsidie
toe te kennen van 10.-.
Zie besluit no.65.
h. Verzoeken van C.van Rijsbergen en P.ïïierikx d.d.25 Juni:
T94I en 11 Juli 1941, om uit dë gemeentekas een vergoeding]
te mogen ontvangen voor het vervoer van hun leerplichtige
kinderen Antonia van Rijsbergen, geb.11 Mei 1933 en Johannl
Pa.Vierikx, geb.6 October 1934, naar en van de school voor
bijzonder buitengewoon lager onderwijs te Roosendaal.
Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders
wordt zonder hoofdelijke stemming besloten, zulks met in-
achtname van de bij raadsbesluit van 30 September 1940
vastgestelde regeling aan belanghebbenden te vergoeden de
kosten van vervoer hunner kinderen per autobus van de B.BJt
naar en van de school voor bijzonder b.l.o. te Roosendaal,
onder de voorwaarden, in onderstaande besluiten vermeld.
Zie besluiten nrs. 66 en 67
i. Schrijven van C.Buckens te S^ampersgat d.d.12 Augustus
1941, houdende verzoek om een vergoeding uit de gemeente
kas te mogen ontvangen ingevolge artikel 13 der L.O.wet
1920, voor het vervoer van zijn leerplichtig zoontje Mari-
nus Petrus, geboren 21 Juni 1928 naar en van de school
voor bijzonder uitgebreid lager onderwijs te Oudenbosch.
Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders;
wordt zonder hoofdelijke stemming besloten, zulks met in-
achtname van de bij raadsbesluit van 30 September 1940
vastgestelde regeling aan verzoeker te vergoeden 80$ van
de kosten van vervoer van zijn zoontje per autobus van de
B.B.A. naar en van opgemelde school, onder de voorwaarden,
in onderstaand besluit vermeld
Zie besluit no.68.
j. Verslag van de N.V.Waterleidingmaatschappij N.Brabant
over 1940. Dit verslag wordt voor de leden ter visie gelegd
k. Schrijven van het bestuur van de R.K.Jongens-en Meisjes'
school te Stampersgat d.d.18 Augustus 1941, houdende ver
zoek om ingevolge art.84 der L.O.wet 1920 een vergoeding
te mogen ontvangen voor de aanschaffing van de noodige
leer- en hulpmiddelen voor het gymnastiekonderwijs en voor
de betegeling van een gedeelte van een der speelplaatsen,
dat dienst moet doen als spieelterrein voor het gymnastiek
onderwijs
De Voorzitter vestigt er de aandacht op, dat het gemeente
bestuur van den algemeen gemachtigde voor den wederopbouw
en voor de bouwnijverheid bericht heeft ontvangen, dat vooi
de betegeling van speelplaatsen geen cement of basaltinete-
gels mogen worden gebezigd, doch dat daarvoor moeten wordeij
aangewend plavuizen in zand, klinkers in vischgraatverband
dan wel schelpen, steenslag, grind of grasmatten. Het is
op grond hiervan, dat burgemeester en wethouders voorstellf
het verzoek in te willigen, met dien verstande, dat in plai
van betegeling een andere vorm van verharding wordt toege
past
Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders
wordt zonder hoofdelijke stemming besloteh.zie besluit 69.
tl. Schrijven van gedeputeerde staten dezer provincie d.a.
113 Augustus 1941Gr.no.802, Ille afdeeling houdende mede-
deeling, dat zij bezwaar maken tegen het besluit van den
raad d.d.30 Juni 1941, tot onderhandsche verhuur aan den
Èiondvraag
burgemeester van de bij besluit van 24 Maart1941 aangekochte
ambtswoning hun goedkeuring te verleenen, daar bedoelde wo
ning als ambtswoning ter beschikking van den burgemeester
moet worden gesteld.
De Voorzitter merkt op. dat gedeputeerde staten bovendien
wenschen, dat de huur van de woning in plaats van op 432 op
500 's-jaars wordt gebracht.
Spreker verklaart zich hiermede niet te kunnen vereenigen en
zich nader met het college van Gedeputeerde staten in verbin
ding te zullen stellen.
Voorts wordt zonder hoofdelijke stemming besloten tot intrek
king van het besluit van 30 Juni 1941 en opgemelde woning ter
beschikking van den burgemeester te stellen, met ingang van
den dag, waarop de woning zal worden betrokken, tegen een
jaarlijkschen huurprijs van 432 of zooveel meer, als Gede
puteerde staten zullen bepalen.
Zie besluit no.70.
De Voorzitter geeft vervolgens een overzicht van de verorde
ning van den rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche
gebied, waarbij o.m. bepaald is, dat met ingang van 1 Septem
ber 1941 de werkzaamheden van den raad en van burgemeester en
wethouders blijven rusten.
Spreker dankt de leden van den raad oor de wijze, waarop zij
hem hebben bijgestaan en spreekt de hoop uit, dat, indien hij
in de toekomst een beroep op enkele leden van den raad zal
doen om hemals raadslieden ter zijde te staan, dit beroep niet
tevergeefsch zal zijn. Voorts hoopt spreker, dat diegenen, die
straks niet tot de raadslieden zullen behooren, zijne aandacht
zullen vestigen op hetgeen naar hun oordeel in het algemeen
belang van de gemeente behoort te worden gedaan.
Spreker geeft de verzekering, dat hij zijn uiterste best zal
blijven doen om de belangen van de gemeente naar best vermo
gen te behartigen en ontveinst zich niet, dat de burgemeester
tengevolge van de ingevoerde wijzigingen in het bestuur van
de gemeente, een veel grootere verantwoordelijkheid te dragen
krijgt, dan voorheen het geval was.
De Voorzitter vraagt voorts of een der leden nog iets in het
belang van de gemeente te vragen of mede te deelen heeft.
De heer Luijten merkt op, dat de legesgelden voor de persoons
bewijzen in deze gemeente veel hooger zijn dan in de omliggen
de gemeenten, waar zij, die een vetkaart hebben, bedoeld be
wijs gratis ontvangen.
De Voorzitter antwoordt, dat van de Rijksinspectie voor de Be
volkingsregisters bericht is ontvangen, dat het aanbeveling
verdient om de regeling met betrekking tot het bezit van een
vetkaart niet steeds als norm voor de legesheffing te nemen,
daar in dat geval met de belangen van de rijkskas en de ge
meentekas niet voldoende rekening wordt gehouden.
De heer Luijten vestigt er de aandacht op. dat de verstrek
king van schoenenbons door den distributiedienst niet tot te
vredenheid van het publiek plaats heeft. Het is n.l. voorge
komen, dat een bepaald gezin 3 schoenenbons toegewezen kreeg,
terwijl een ander gezin geen enkelen boh kon verkrijgen.
De Voorzitter ant/.oordt, dat maandelijks slechts een beperkt
aantal schoenenbons beschikbaar is en zegt een onderzoek naar
het door den heer Luijten bedoelde geval toe.
De heer van Wezel merkt op, dat de wegbermen op de Meir in
Slechten toestand verkeeren.
De Voorzitter antwoordt, dat deze opmerking juist is en dat,
^oodra de omstandigheden zulks toelaten, de noodige verbete
ringen zullen worden aangebracht