ia-
Ie. de begrooting voor het gemeentelijk electriciteitsbedr$
voor het dienstjaar 19*1-0 als volgt vast te stellen:de baten
en lasten op een bedrag van f.30.611.57 en de kap itaalsin
komsten en uitgaven respectievelijk op een bedrag van
f.2.211,22 en f13.165,6l,alzoo met een nadeelig saldo van
f. 10.954» 39;
2e. de gemeentebegrooting voor het dienstjaar 1940 voor wat
de gewone dienst betreft op een bedrag van f. 355^1» 79» zoo
in ontvangst als in uitgaaf en voor wat de kapitaaldienst
aangaat op een bedrag van f. 181*1-3,*1-5, eveneens in ontvangst
als in uitgaaf.
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voor
stel van den voorzitter besloten.
Voorts wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het
voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten het bedrag
der vergoeding, bedoeld in artikel 101, 5e lid, der L.O.wet
1920, voor het bijzonder gewoon lager onderwijs, voor het
jaar 19*1-0, vast te stellen op f.6.- per leerling, inclusief
adm in is t r at iekos t en
Zie besluiten nos.96 en 97»
De Voorzitter vestigt er vervolgens de aandacht op, dat in
een vorige vergadering besloten is het Burgerlijk Armbestuu
met twee leden uit te breiden.
Spreker dringt er op aan, dat het Burgerlijk Armbestuur met
betrekking tot deze aangelegenheid zich zoo spoedig mogelijk
verstaat met het College van Burgemeester en Wethouders.
Voorts deelt spreker mede, dat de woninginventarisatievoor
het onderbrengen van geëvacueerden goo goed als klaar is.
Het heeft spreker voldoening gegeven, dat de bevolking in
het algemeen zeer goed heeft medegewerkt. Slechts enkelen
zijn weigerachtig geweest hun woning te laten opnemen.
Ten slotte vestigt er de Voorzitter de aandacht op, dat hij
eind October aan H.M. de Koningin ontslag als Burgemeester
heeft aangevraagd.
Spreker stelt zich voor, nadat hem het gevraagde ontslag-
zal zijn verleend, officieel afscheid van den gemeenteraad
te nemen.
De Voorzitter vraagt vervolgens of een van de leden nog iet
in hetbelang der gemeente te vragen of mede te deelen heeft
De Heer Theunisse vestigt er de aandacht op, dat enkelen
tijd geleden in Brabantia Nostra een schrijven is opgenomen
waarin gevraagd wordt om de gemeenteraadsvergaderingen met
gebed te openen.
De Voorzitter 'antwoordt, dat het hem gewenscht voorkomt deze
aangelegenheid te behandelen, nadat zijn opvolger zal zijn
benoemd. .1
De Heer Verholen vraagt, of het Dagelijksch Bestuur aandadit
heeft geschonken aan zijn verzoek in de vorige vergadering
gedaan om het loon van den lossen gemeente-arbeider ©enigs
zins te verhoogen.
De Voorzitter antwoordt, dat er wellicht termen aanwezig
zijn om met ingang van het nieuwe jaar eenige verhooging
toe te kennen.
On de vraag van den Heer Verholen of de noodige aandacht is
geschonken aan de moeilijkheden, die zich in het Gastelscher
laag hebben voorgedaan met betrekking tot een afdoende ont
watering, antwoordt de Voorzitter bevestigend.
De Heer van Wezel brengt onder de Aandacht, dat de toestand
van de Lagestraat op een paar plaatsen slecht is.
De Voorzitter antwoordt, dat aan deze aangelegenheid aan
dacht zal worden geschonken.
Niets meer te behandelen zijnde en geen der leden het woord
meer verlangende, sluit de Voorzitter de vergadering.
De Ratd voornoemd,
De Secretajt^/j^
VERGADERING VAN DEN GEMEENTERAAD
op
Zater dag 6 Januari 19 *K).
des
na middags
Voorzitter is de Edelachtbare Heer A.G.J.Mastboom, Burgemeester
tevens lid van den raad.
Tegenwoordig zijn de leden C.F.Melsen, J.A. van Ierssel, H.
Luijten,A.J.van Wezel, P.Verholen, M.J.van Nispen, A.C. Geerts,
J.Luijkx, P.J.B.Uitdewilligen en M.Theunisse.
Afwezig met kennisgeving de Heeren J.van Rijsbergen en J.C.
Rombouts.
Voorts zijn ter vergadering aanwezig enkele genoodigden, o.m.
de Zeereerw. Jfeeren Pastoors te Oud-Gastel en Starapersgat, de
burgemeesters van Roosendaal en Nispen, Oudënbosch, Steenbergen
Hoeven, Standdaarbuiten, Dinteloord en Fijnaart, dominé van der
Horst, Dr. van Susante, Notaris Mol," de Heer de Bie, de Heer
iHennekam, gemeente-ontvanger, en verder enkele familieleden van
den Voorzitter. Berichten van verhindering zijn ingekomen van
de Burgemeesters van Halsteren (neef van den Voorzitter( en van
Rucphen.
ing ver- De voorzitter opent de vergadering ©m kwart over twee en stelt,
ring. nadat tot aanhouding van de notulen van de vorige vergadering
zonder hoofdelijke stemming is besloten, aan de orde het eenige
punt van de agenda, luidende: "afscheid burgemeester".
Nalat op verzoek van den voorzitter door den Secretaris voorle
zing is gegeven van het schrijven van den Commissaris der Konin
gin d.d. 3 Januari j.l. Ag.no.5 houdende mededeeling, dat bij
[Kobinklijk Besluit van 23 December 1939» N0.5O, eervol ontslag
is verleend aan A.G.J.Mastboom, als burgemeester dezer gemeente,
met ingang van 7 Januari 1940 onder dankbetuiging voor de lang
durige diensten door hem als zoodanig bewezen, brengt de Voor
zitter dank aan H.M. de Koningin en Hare adviseurs voor het
steeds in hem gestelde vertrouwen.
Vervolgens richt spreker zich tot alle aanwezigen en wenscht
hen bij gelegenheid van het pas ingetreden jaar een hartelijk en
gelukkig 19*K) toe. Spreker vertrouwt, dat de raadsleden steeds
het algemeen belang zullen behartigen en dat persoonlijke belan
gen buiten geding zullen blijven.
Het is, aldus de voorzitter, thans 42 jaar geleden, dat ik aan
het hoofd kwam te staan van de gemeente Oud- en Nieuw Gastel.
Wanneer ik het jaar 1898 stel tegenover het jaar 1940, dan ont
dek ik groote verschillen. In het jaar 1898 was het nog gevaar
lijk om geboren te worden, daar de kindersterfte toen zeer
groot was. Door in alle opzichten verbeterende toestanden is de
kindersterfte thans zeer gering.
Op velerlei gebied zijn de toestanden sedert mijn infunctietre
ding veel verbeterd. Gewezen moge worden op betere woningtoe
standen, op de moderne drinkwatervoorziening en op de electri-
ficatie van de voornaamste gedeelten van de gemeente. Ook op
onderwijsgebied is sindsdien veel geschied, alsmede op het ge
bied van wegverbetering en waterlossingen.
In dit verband moge herinnerd worden aan het bouwen van een e-
lectrisch gemaal door den polder Heer Jansland, gezegd "Nieuw
Gastel"en op het graven van een afwateringskanaal van de Riet
naar de Oudenbosschehaven.
Wat de financiën van de gemeente aangaat, ook op dit gebied
zijn ingrijpende veranderingen ontstaan. Bedroeg in het begin
van mijn ambtsperiode de totale opbrengst van den hoofdelijken
omslag f.3000 per jaar, thans zijn nagenoeg alle belastingen
307 tot de maxima opgevoerd.
4/
-