TOELICHTING GEMEENTELIJKE VERORDENING PREMIEBELEID Artikelen 2 tot en met 5 Er is pas sprake van een afdwingbaar recht zodra burgemeester en wethouders het recht in de specifieke situatie hebben vastgesteld. Wettelijk is bepaald dat de premie in verband met het aanvaarden van arbeid, al dan niet in deeltijd, binnen het tijdvak van een jaar niet meer mag bedragen dan het bedrag genoemd in artikel 43 Abw, tweede lid onder i. Het in de wettekst genoemde bedrag zal jaarlijks worden geïndexeerd. Artikel 7 Er is sprake van betaalbaarstelling van de premie waarvoor een aanvraag moet worden gedaan in combinatie met een afdwingbaar recht zodra burgemeester en wethouders dat recht in de specifieke situatie hebben vastgesteld. Artikel 9 In verband met het feit dat de minister van Sociale zaken en werkgelegenheid met ingang van de dag waarop het netto minimumloon (zonder de daarin begrepen aanspraak op vakantietoeslag) wijzigt en met hetzelfde percentage de bedragen genoemd in artikel 43 Abw, tweede lid onder h en i, herziet, moeten burgemeester en wethouders de gelegenheid hebben om de op grond van de verordening geldende bedragen eveneens te wijzigen. Burgemeester en wethouders zijn vrij in de daarbij te hanteren methodiek. De wijziging van de bedragen vindt in het algemeen halfjaarlijks plaats per 1 januari en 1 juli. Burgemeester en wethouders zullen de raad via de desbetreffende raadscommissies op de hoogte stellen van deze aanpassingen. Toelichting op de verordening "Premiebeleid ter bevordering van de zelfstandige bestaansvoorziening (96/2)"

Raadsnotulen

Nieuw-Vossemeer: 1957-1996 | 1996 | | pagina 305