Gemeente Nieuw-Vossemeer Bijlage 10B De raacTvan de gemeente Nieuw-Vossemeer; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 13-08-96; gelet op de Tijdelijke Wet Stimulering Sociale Vernieuwing, Stb 1993 nr. 682; de Algemene bijstandswet, Stb 1995, nr. 199; de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk ar beidsongeschikte werknemers, Stb 1995, nr. 200 en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen, stb 1995, nr. 200; overwegende, dat het op grond van de artikelen 111, derde lid van de Algemene bijstandswet; 34, derde lid van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers en artikel 34, derde lid Wet inkomensvoorziening ouder en gedeeltelijk arbeidsonge schikte gewezen zelfstandigen noodzakelijk is het premiebeleid ter bevordering van de zelf standige bestaansvoorziening van uitkeringsgerechtigden bij verordening vast te leggen; BESLUIT I in te trekken de verordening "Premiebeleid ter bevordering van de zelfstandige bestaans voorziening (96/1) en II vast te stellen de navolgende verordening "Premiebeleid ter bevordering van de zelfstandige bestaansvoorziening (96/2)". Hoofdstuk 1. Algemene Bepalingen Artikel 1. Begripsbepalingen In deze verordening wordt verstaan onder: a. uitkeringsgerechtigde: degene die een periodieke uitkering voor levensonderhoud ontvangt op grond van Algemene bijstandswet, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers of de Wet inkomensvoorzie ning oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen; b. dienstbetrekking: een arbeidsovereenkomst ingevolge het Burgerlijk Wetboek met uitzon dering van de banenpoolregeling en de jeugdwerkgarantiewet; c. doelgroep: 1. uitkeringsgerechtigden uit de gemeente Nieuw-Vossemeer, die tenmin ste één jaar aansluitend of, in een periode van drie jaar tenminste één jaar een Abw, Rww, loaw of loaz-uitkering hebben ontvangen en die een "full-time" dienstbetrekking aanvaarden van zes maanden of meer; 2. uitkeringsgerechtigden uit de gemeente Nieuw-Vossemeer, die tenmin ste één jaar aansluitend of, in een periode van drie jaar tenminste één jaar een Abw, Rww, loaw of loaz-uitkering hebben ontvangen en die een "part-time" dienstbetrekking aanvaarden van zes maanden of meer; 3. uitkeringsgerechtigden uit de gemeente Nieuw-Vossemeer, die tenmin ste één jaar aansluitend of, in een periode van drie jaar tenminste één jaar een Abw, Rww, loaw of loaz-uitkering hebben ontvangen en op grond van medische en/of sociale belemmeringen (nog) niet volledig beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt en die vrijwilligerswerk verrich ten dat door Burgemeester en wethouders als noodzakelijk wordt geacht voor de maatschappelijke activering; 4. uitkeringsgerechtigden uit de gemeente Nieuw-Vossemeer, die tenmin ste één jaar aansluitend of, in een periode van drie jaar tenminste één jaar een Abw, Rww, loaw of loaz-uitkering hebben ontvangen en die een "full-time" dienstbetrekking aanvaarden voor de duur van de seizoenarbeid. Verordening "Premiebeleid ter bevordering van de zelfstandige bestaansvoorziening (96/2)" 1

Raadsnotulen

Nieuw-Vossemeer: 1957-1996 | 1996 | | pagina 301