Het werkvoorzieningsschap kent een behoorlijke evenwichtige risicospreiding in activiteiten:
éénderde ligt in de industriële sector, éénderde in de groensector en éénderde in de dienstverle
ning. Het WVS is er voorstander van om deze situatie te handhaven, zowel uit bedrijfsecono
misch oogpunt als uit het oogpunt van het bieden van werk onder aangepaste omstandigheden.
In de ontwerp-begroting 1997 is ook rekening gehouden met een tweetal nieuwbouwplannen
voor de industriële bedrijven Roosendaal en Rucphen/Etten-Leur. Uitgangspunt is dat de kosten
van nieuwbouw door besparingen moeten worden terugverdiend. De geraamde nieuwbouwkos-
ten bedragen f 1,1 miljoen. De directe besparingen worden begroot op 1 miljoen en worden
bereikt door zes bestaande lokaties af te stoten, het feit dat nieuwbouw voordeliger is dan
verbouw van bestaande voorzieningen (i.v.m. de geldende Arbo- en milieu-eisen) en niet direct in
geld kwantificeerbare voordelen. Om de kosten te drukken opteert het WVS voor een gelijktijdige
bouwstroom en de voorgestane financiering zal in 1997 geschieden middels een bouwkrediet.
De (financiële) voordelen zullen in 1998 worden gerealiseerd.
Gemeentelijke bijdrage
Het nadelig exploitatiesaldo ad. f 2.518.000.- betekent een gemeentelijke bijdrage van f 1.082.-
per WSW-medewerker. Tot 1994 werd door de aangesloten gemeenten een jaarlijkse (vaste)
gemeentelijke bijdrage betaald van f 250.- per WSW-medewerker. Deze vaste gemeentelijke
bijdrage kwam te vervallen als onderdeel van het onderhandelingsresultaat over de afrekening
van de subsidiejaren 1986 t/m 1992 (zogenaamde terugvordering). Van 1994 t/m 1996 is de
gemeentelijke bijdrage bij het WVS nihil omdat de tekorten worden gedekt door onttrekkingen
van de bestemmingsreserves. Gemiddeld betalen de gemeenten in Nederland ruim f 2.900.- per
WSW-medewerker aan SW-bijdragen. Het WVS staat landelijk gezien voor wat de kosten betreft
op de 8e plaats. Het zijn vooral de invloeden van buitenaf (invoering 36-urige werkweek en
afschaffing van de Ziektewet), waarop het WVS zelf nauwelijks invloed heeft, die het Schap in
de financiële problemen brengen.
De bijdrage van de aangesloten gemeenten in bestuurs- en secretariaatskosten, gebaseerd op
artikel 25 van de gemeenschappelijke regeling op basis van het aantal inwoners per 1-1-95,
bedraagt f 1,78 per inwoner (1996: f 1,71). De totale gemeentelijke bijdrage (bijdrage bestuurs-
en secretariaatskosten bijdrage in nadelig exploitatieresultaat) is voor de gemeente Nieuw-
Vossemeer f 4.130.- f 16.230.- f 20.360.-. (in 1996: f 3.910.-)
WVS vanaf 1997 in de rode cijfers
Het werkvoorzieningsschap is er tot op heden in geslaagd om de negatieve financiële gevolgen
van het landelijke beleid niet op de gemeente af te wentelen. Hieraan komt in 1997 naar
verwachting een einde. Het zal het Schap niet meer lukken uit de rode cijfers te blijven. Of de
nieuwe wetgeving, die op 1-1-1997 van kracht wordt, een oplossing is voor de financiële
problematiek wordt ten zeerste betwijfeld.
Tekort-begroting
Op 19 juni jl. heeft er over de begroting 1997 een informatief overleg plaatsgevonden met de
hoofden van de afdelingen financiën van de aangesloten gemeenten. Er is door het WVS voor
gekozen om voor het jaar 1997 uit te gaan van een tekort-begroting. Het tekort zal maximaal
f 2,5 miljoen bedragen op basis van nu bekende feiten. Er is tijdens het overleg met de hoofden
financiën gesproken over 3 verschillende scenario's m.b.t. de tekorten.
1. de gemeenten betalen in het eerste halfjaar van 1997 de helft van de geraamde gemeente
lijke bijdrage; de restant-bijdrage dient te worden betaald na de vaststelling van de
jaarrekening 1997 (o.b.v. de gerealiseerde jaarcijfers);
2. de betaling van de (volledige) gemeentelijke bijdrage vindt pas plaats na de vaststelling van
de jaarrekening 1997; dit komt neer op een afrekening van een eventueel nadelig saldo in
het jaar 1998; bij dit scenario dient wel rekening gehouden te worden met extra financie
ringslasten die zullen optreden bij de voor-financiering van een tekort;
3. indien het jaar 1996 zonder (of met een gering) nadelig saldo kan worden afgesloten,
kunnen de algemene reserve en het stichtingskapitaal misschien nog dienen als buffer voor
het geraamde tekort over 1997; dit houdt in dat er in 1998 geen afrekening komt over
1997, mits de algemene reserve en het stichtingskapitaal toereikend zijn om het tekort te
kunnen dekken; de hoogte van de algemene reserve bedraag per 31-12-1995 f 2,8