bijlage 3A AGENDAPUNT RAADSVERGADERING CODENR./B 6. 04 juli 1996 1.714. VOORSTEL TOT VERRUIMING VAN HET GEMEENTELIJK KWIJTSCHELDINGSBELEID Aan de gemeenteraad, In artikel 255 van de Gemeentewet is vastgelegd dat bij de behandeling van verzoeken tot kwijtschelding van de gemeentelijke heffingen de Invorderingswet 1990 gevolgd moet worden. Voor gemeenten geldt met name de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990. Op grond van het voornoemde artikel kon besloten worden om, in afwijking van het rijksbeleid, geen, dan wel in beperkte mate, kwijtschelding te verlenen. Thans is de wetgeving op dit gebied gewijzigd, omdat de Eerste kamer op 12 maart 1996 het voorstel tot verruiming van het kwijtscheldingsbeleid heeft aangenomen. De bepaling dat gemeenten in negatieve zin van de Uitvoeringsregeling kunnen afwijken is ongewijzigd gebleven, maar daarnaast is het nu mogelijk om in positieve zin af te wijken. Deze afwijking betreft alleen de normen voor kosten van bestaan (de zogenaamde kwijtscheldingsnormen). De kosten van bestaan worden volgens artikel 16 van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 gestel dop 90% van de normuitkering vakantie-uitkering die de belastingschuldige naar de maatstaven van het Bijstandbesluit landelijke normering maandelijks zou kunnen krijgen. Gemeenteraden kunnen nu besluiten om met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 1995 de kwijtschel dingsnormen te verhogen naar 95%. Voor de kwijtscheldingsverzoeken die inmiddels afgehan deld zijn dient ambtshalve een herberekening plaats te vinden. Uit navraag bij de gemeenten Steenbergen en Dinteloord en Prinsenland is gebleken dat beiden hun gemeenteraad voorstellen om met terugwerkende kracht tot 1 januari 1995 de normuitke ring te verhogen naar 95% van de bijstandsnorm. Ter tegemoetkoming aan de minima en mede ter bevordering van de uniformiteit tussen de drie gemeenten stellen wij u voor om gebruik te maken van de mogelijkheid tot verruiming van het kwijtscheldingsbeleid. Verder is het wenselijk om een eindtermijn voor het indienen van een verzoek vast te leggen. Het is niet wettelijk geregeld binnen welke termijn een verzoek ingediend moet zijn en zo kan het voorkomen dat, nadat de deurwaarder een dwangbevel heeft betekend, alsnog een verzoek wordt ingediend. Wij stellen u voor om de termijn voor het indienen van een kwijtscheldingsver- zoek gelijk te stellen met de wettelijke termijn voor het indienen van een bezwaarschrift nl. 6 weken na dagtekening van het aanslagbiljet. Nieuw-Vossemeer, 11 juni 1996. Burgemeester en wethouders van Nieuw-Vossemeer, de secretaris, de burgemeester, J.L.V.M. Sengersd.s.) E.A. Lukkassen.

Raadsnotulen

Nieuw-Vossemeer: 1957-1996 | 1996 | | pagina 228