Artikel 13 1. Indien in de vergadering moet worden gestemd, brengen de vertegenwoordiging van de bij de samenvoeging betrokken gemeentebesturen en die van de organisaties elk één stem uit. 2. De stem van de vertegenwoordiging van de bij de samenvoeging betrokken gemeentebe sturen wordt bepaald door hoofdelijke stemming der leden in of buiten de vergadering. Bij staking van de stemmen beslist de stem van de voorzitter. 3. De stem van de vertegenwoordiging van de organisaties wordt bepaald door de stemming per vertegenwoordigde organisatie, waarbij voor iedere organisatie zoveel stemmen worden uitgebracht als er vertegenwoordigers in de commissie aanwezig zijn, conform artikel 2, lid 3. Bij staking van de stemmen wordt de vertegenwoordiging geacht te hebben tegengestemd. Artikel 14 1. Het in de vergadering behandelde wordt zakelijk weergegeven in de concept-notulen, welke zo spoedig mogelijk in afschrift aan de leden worden gezonden. Hoofdstuk V Advies/Arbitrage Artikel 15 Voor de toepassing 16 tot en met 21 wordt verstaan onder: deelnemers aan het overleg de vertegenwoordiging van de gemeentebesturen en de vertegenwoordiging van de organisaties. advies-en arbitragecommissie de advies- en arbitragecommissie ingesteld door het college voor arbeidszaken van de Vereniging van Nederlandse Ge meenten. Artikel 16 De artikelen 17 tot en met 21 zijn slechts van toepassing op geschillen inzake aangelegenheden als bedoeld in artikel 5 van deze verordening, voor zover die aangelegenheden uitsluitend de rechtstoestand van ambtenaren betreffen met inbegrip van de algemene regels volgens welke het personeelsbeleid worden gevoerd. Artikel 17 Indien een of meer van de deelnemers aan het overleg tijdens het overleg tot het oordeel komt of komen dat dit overleg niet zal leiden tot een uitkomst die de instemming heeft van een meerder heid van de deelnemers aan het overleg, brengt hij of brengen zij dat oordeel binnen zes dagen, nadat hij of zij daarvan in het overleg blijk heeft of hebben gegeven, schriftelijk ter kennis van de overige deelnemers aan het overleg. Artikel 18 1. Binnen tien dagen na ontvangst van de kennisgeving, als bedoeld in artikel 17, belegt de voorzitter een vergadering van de commissie. Deze vergadering moet worden gehouden binnen zeven dagen nadat deze is belegd. 2. Tenzij door de commissie wordt besloten het overleg voort te zetten dan wel te beëindigen, wordt in de in lid 1 bedoelde vergadering nagegaan of overeenstemming bestaat over de vraag wat het onderwerp en de inhoud van het geschil is en of een oplossing van dat geschil zal worden gezocht door middel van voortzetting van het overleg nadat advies is ingewon nen van de advies- en arbitragecommissie, als bedoeld in artikel 15 dan wel door onderwer ping van het geschil aan een uitspraak van die commissie. 3. De deelnemers aan het overleg zijn, ieder voor zich, bevoegd tot het inwinnen van advies. 4. Voor onderwerping van het geschil aan arbitrage is overeenstemming vereist tussen alle deelnemers aan het overleg. Overlegverordening Bijzondere Georganiseerd Overleg (BGO) 4

Raadsnotulen

Nieuw-Vossemeer: 1957-1996 | 1996 | | pagina 20