Paragraaf 4
Financiële tegemoetkomingen voor woonvoorzieningen
Artikel 6
Door de Wvg-draagkracht in mindering te brengen op de kosten van de voorziening, zal de
hoogte van de financiële tegemoetkoming afnemen naarmate de Wvg-draagkracht toeneemt. De
Wvg-draagkracht wordt éénmalig in mindering gebracht op de werkelijke kosten die voor een
vergoeding in aanmerking komen. Er vindt dus geen doorberekening in de huur plaats. Voor
huurders en eigenaar-bewoners geldt dat de hoogte van de vergoeding afgestemd wordt op de
Wvg-draagkracht in het kalenderjaar van verstrekking.
Voor de hogere inkomens, dan wel bj lage kosten voor voorzieningen, zou dan de situatie
kunnen onstaan dat de gehandicapte wel in aanmerking kan worden gebracht voor een bepaalde
voorziening, maar uiteindelijk geen financiële tegemoetkoming wordt verstrekt. In feite wordt
dan dus geen voorziening verstrekt omdat de gehandicapte zelf de kosten van de voorziening,
gezien zijn Wvg-draagkracht, geacht wordt te kunnen dragen.
Paragraaf 5 Rolstoelen
Artikel 8 Forfaitaire of gemaximeerde vergoeding voor de sportrolstoel
In dit artikel is de hoogte van de forfaitaire vergoeding voor een sportrolstoel aangegeven.
Geïndexeerd naar het prijspeil van 1996 komt de vergoeding op f. 4.190,00, inclusief de kosten
van onderhoud. De vergoeding wordt eens in de drie jaar verstrekt.
Toelichting op Besluit financiële tegemoetkomingen en eigen bijdragen voorzieningen
gehandicapten (96/1)
3