overzicht van de kosten die subsidiabel kunnen zijn en die kunnen worden opgenomen:
1. de aanneemsom (hierin begrepen de loon- en materiaalkosten) voor het treffen van e
voorziening;
2. de risicoverrekening van loon- en materiaalkosten, met inachtnem.ng van het bepaalde
in de risicoregeling woning- en utiliteitsbouw 1991;
3. Het architectenhonorarium tot ten hoogste 10% van de aanneemsom met dien
verstande dat dit niet hoger is dan het maximale honorarium als bepaald in SR 1988
van de BNA. Alleen in die gevallen dat het noodzakelijk is dat een architect voor e
woning-aanpassing moet worden ingeschakeld worden deze kosten subsidiabel geacht.
Het betreft dan veelal de ingrijpender woningaanpassingen;
4. de kosten voor het toezicht op de uitvoering, indien dit noodzakelijk is, tot een
maximum van 2% van de aanneemsom;
5. de leges voor zover deze betrekking hebben op het treffen van de voorziening;
6. de verschuldigde en niet verrekenbare of terugvorderbare omzetbelasting,
7. renteverlies, i.v.m. het verrichten van noodzakelijke betaling aan derden voordat de
bijdrage is uitbetaald,voorzover deze verband houdt met de bouw dan wel het treffen
van voorzieningen; „i-i
8. de prijs van bouwrijpe grond indien noodzakelijk als niet binnen het oorspronkelijke
kavel gebouwd kan worden, gemaximeerd aan hetgeen gesteld is in artikel 2.10;
9. de door burgemeester en wethouders (schriftelijk) goedgekeurde kostenverhogingen,
die ten tijde van de raming van de kosten redelijkerwijs niet voorzien hadden kunnen
10. de"kosten in verband met noodzakelijk technisch onderzoek en adviezen met betrekking
tot het verrichten van de aanpassing;
11 de kosten van heraansluiting op de openbare nutsvoorziening;
12. de administratiekosten die verhuurder maakt ten behoeve van het treffen van een
voorziening voor de gehandicapte, voor zover de kosten onder 1 t/m 11 meer dan
f. 2.000,- bedragen, 10% van die kosten, met een maximum van f. 750,-. Deze kosten
kunnen gezien worden als onderhandelingsfactor waarmee de medewerking van de
verhuurder eerder kan worden verkregen,
c. roerende woonvoorzieningen
Onder een woonvoorziening waarbij geen sprake is van een ingreep van bouw- o w
technische aard zal in de praktijk met name een financiële tegemoetkoming voor woningsa
nering i.v.m. CARA of het verstrekken van rolstoeltapijt verstaan worden. Ook kan onder
deze categorie worden begrepen hulpmiddelen voor baden, wassen en douchen welke met
nagelvast aan de woning zijn bevestigd, alsmede mobiele patientenliften. Deze laatste twee
categorieën roerende woonvoorzieningen kunnen ook in de vorm van een voorziening in
natura worden verstrekt, bij voorbeeld in bruikleen of huur, zodat hergebruik mogelijk is.
Artikel 2 3 Woon- of verblijfsruimten waar geen woonvoorziening voor wordt verstrekt
Een financiële tegemoetkoming voor het treffen van voorzieningen wordt alleen verstrekt als het
woonruimten betreffen die als zelfstandige woonruimte in het kader van de Wet Individu
Huursubsidie als zodanig aangemerkt worden, met uitzondering van aanpassingen aan woon
schepen en binnenschepen, deze zijn apart geregeld in de verordening.
Artikel 2.4 Het primaat van de verhuizing
De manier waarop de woonvoorzieningen hier zijn gegroepeerd geeft een rangorde aan. Primair
zal gekeken worden of verhuizing mogelijk en zinvol is. Dat wil zeggen dat een geschikte woning
beschikbaar is of op korte termijn beschikbaar komt. Onder geschikte woning dient hier
begrepen te worden een woning die met betrekkelijk lage investeringen volledig aangepast kan
worden. Is geen geschikte woning beschikbaar dan kunnen burgemeester en wethouders
besluiten één van de andere voorzieningen te verstrekken.
Paragraaf 3 Voorwaarden bij verstrekking woonvoorzieningen
Artikel 2.5 Aard van de materialen
Opgenomen onder 1.2.3 onder c
Toelichting op de Verordening voorzieningen gehandicapten (96/1).
5