volqende gegevens opgenomen:
tegen het voorstel bestaat, wordt het besluit definitief (artikel 12).
Datum: uiterlijk 1 april 199 7.
i. Tegen het definitieve besluit kan, nadat bezwaar is gemaakt, tegen dat besluit bij het college
van burgemeester en wethouders van de nieuwe gemeente beroep worden ingesteld door een
ambtenaar bij de arrondissementsrechtbank, sector bestuursrecht (binnen zes weken) en door
een arbeidscontractant bij de kantonrechter (binnen de daarvoor wettelijk gestelde termijn)
(artikel 14, lid 10).
5. Het persoonlijk dossier ten behoeve van de inpassing A
In het persoonlijk dossier dat voor de betrokken ambtenaar voor inzage beschikbaar is worden de
1personeelsgegevens, zoals leeftijd, opleiding, ervaring, huidige functie (functiebeschrijving),
huidige salarisniveau enz.;
2. het ingevulde reflectieformulier;
3. eventueel uitslag van medisch onderzoek/psychologische test/assessment;
4. het advies van de Inpassingscommissie.
De ambtenaar is bevoegd om relevante gegevens aan te vullen of onjuiste gegevens te doen
corrigeren. Het eigen dossier kan dus door de betrokken ambtenaar worden ingezien; kopteen
dienen in aanwezigheid van de dossierbeheerder ter plaatse door de tekst heen door de be
trokken ambtenaar van handtekening te worden voorzien.
6. De seniorenregeling
In het Sociaal Statuut is in het reorganisatieproces speciaal aandacht besteed aan de bijzonde
positie van de oudere werknemer, in het bijzonder ambtenaar die op 1 januari 1997 55 jaar o
ouder is (artikel 17). Voor de leeftijd, waarop van deze zgn. 'seniorenregeling gebruik kan
worden gemaakt is overigens nog van belang het bepaalde in lid 3, onder d. Daarin wordt met
zoveel woorden gezegd, dat indien de huidige onderhandelingen tussen werkgevers en bonden
ertoe zouden leiden, dat uiterlijk met ingang van 1 januari 1997 de VUT-gerechtigde 'eeft|Jd
wordt verhoogd, de andere in dit artikel genoemde leeftijden in dezelfde mate worden verhoogd.
Met andere woorden: indien de VUT-gerechtigde leeftijd van 61 jaar wordt opgetrokken naar 62
jaar, dan wordt de seniorenregeling van toepassing op ambtenaren die 56 jaar oud zijn.
Het belangrijkste aspect van de seniorenregeling is, dat met de oudere werknemer een bijzondere
regeling over uittreding kan worden getroffen, die géén effect heeft op de opbouw van e
pensioen. Met andere woorden: er blijft altijd sprake van een 100% pensioenopbouw.
De hiervoor uiteengezette regeling geldt voor de ambtenaar, die op 1 januari 1997 55 jaar of
ouder is, met dien verstande, dat die ambtenaar van de regeling gebruik kan maken indien hij
zulks wenst. Voor deze ambtenaar geldt, dat het gemeentebestuur hem tot aan de VUT-ge
rechtigde leeftijd een inkomen garandeert, dat gelijk is aan 90% van zijn bruto-salaris gedurende
het eerste jaar en 82,5% gedurende de volgende jaren.
De betreffende ambtenaar krijgt op zijn/haar verzoek ontheffing om de taken in het kader van de
bijzondere opdrachtenregeling daadwerkelijk uit te voeren.
Moet een ambtenaar, die op 1 januari 1997 voor het seniorenbeleid in aanmerking komt, ook op
die datum voor dat beleid kiezen? Het antwoord op die vraag is ontkennend. De ambtenaar die
voor het seniorenbeleid in aanmerking komt, maar daarvan op dat moment nog geen gebruik wil
maken kan met het gemeentebestuur overeenkomen dat hij gedurende een nader af te spreken
periode toch een passende of geschikte functie aanvaardt. Na afloop van die afgesproken perio
de kan hij vervolgens alsnog gebruik maken van de seniorenregeling op dezelfde basis als
mogelijk was op 1 januari 1997.