Artikel 14 Werkwijze geschillencommissie
1.Een in artikel 12, lid 2 bedoeld bezwaar wordt door de geschillencommissie binnen een
termijn van twee weken in behandeling genomen.
2. De geschillencommissie bepaalt op welke wijze het bezwaar zal worden behandeld, op welke
wijze en bij wie informatie zal worden ingewonnen, alsmede op welke wijze de partijen zullen
worden gehoord. Bezwaarde en het college van burgemeester en wethouders van de nieuwe
gemeente ontvangen hiervan bericht.
3. De geschillencommissie zal een onderzoek, als bedoeld in het vorige lid, als regel binnen een
termijn van drie weken afronden.
4. Een bezwaar, als bedoeld in artikel 12, lid 2 wordt door de geschillencommissie in voltallige
zitting behandeld, nadat bezwaarde ten minste éénmaal in de gelegenheid is gesteld zijn
standpunt mondeling toe te lichten. Bezwaarde heeft het recht zich ter zitting door een
raadsman van eigen keuze te laten bijstaan.
5. Een advies wordt na stemming vastgesteld. Bij stemming brengt ieder lid één stem uit.
De voorzitter van de geschillencommissie stemt als laatste.
Op verzoek van ten minste één van de leden geschiedt de stemming schriftelijk.
6. Het advies omtrent een aan de geschillencommissie voorgelegd bezwaar wordt door de
geschillencommissie aan het college van burgemeester en wethouders van de nieuwe ge
meente uitgebracht. Partijen ontvangen hiervan een afschrift.
7. Bij dit advies maakt de geschillencommissie aan het college van burgemeester en wethouders
van de nieuwe gemeente kenbaar of het Sociaal Statuut op juiste wijze is toegepast en geeft
daarbij tevens haar oordeel over het aan haar voorgelegde bezwaar.
8. Wordt het advies gevolgd, dan zal het college van burgemeester en wethouders van de
nieuwe gemeente:
a. wanneer de geschillencommissie zich heeft uitgesproken in het voordeel van het stand
punt van de ambtenaar, onder toepassing van dit Sociaal Statuut aan die ambtenaar een
andere, dan wel aanvullende aanbieding doen;
b. wanneer de geschillencommissie zich heeft uitgesproken in het voordeel van het stand
punt van het college van burgemeester en wethouders van de nieuwe gemeente, beslui
ten de voorgenomen benoeming als definitief vast te stellen. Het besluit wordt binnen
één week schriftelijk aan de ambtenaar kenbaar gemaakt.
9. Alleen in geval van bijzondere en zwaarwichtige argumenten wordt door het college van
burgemeester en wethouders van de nieuwe gemeente van het advies afgeweken.
10.Tegen het besluit tot benoeming van een ambtenaar als bedoeld in artikel 14, lid 8, onder b,
kan de ambtenaar bezwaar maken bij het college van burgemeester en wethouders van de
nieuwe gemeente, die advies inwint van een adviescommissie als bedoeld in artikel 7:5 of
7:13 van de Algemene wet bestuursrecht1.
Artikel 15 Psychologisch/medisch onderzoek
De stuurgroep kan aan het vervullen van een functie de voorwaarde verbinden, dat er een psy
chologisch onderzoek/assessment en/of een medisch onderzoek plaatsvindt. De inpassingscom
missie heeft het recht in individuele gevallen aan de stuurgroep een ambtenaar voor te dragen
voor een psychologisch onderzoek/assessment en/of een medisch onderzoek. De kosten van dit
onderzoek zijn voor rekening van de gemeente(n).
De resultaten van het psychologisch onderzoek/assessment en/of medisch onderzoek worden
vooraf door de onderzoekende instantie aan de ambtenaar kenbaar gemaakt, die kan bepalen of
en in hoeverre aan de inpassingscommissie zal worden gerapporteerd. De resultaten van een
psychologisch onderzoek/assessment worden nadat een beslissing omtrent benoeming of niet-
benoeming onherroepelijk is geworden, ofwel indien de ambtenaar daarom verzoekt aan hem
overhandigd, ófwel vernietigd.
Artikel 16 Omscholing/bijscholing
1. Indien dit voor het vervullen van de nieuwe functie nodig is, wordt de ambtenaar in de gele
genheid gesteld tot omscholing en/of bijscholing op volledige kosten van de werkgever, een
en ander met inachtneming van hoofdstuk 15 van de UWO. Dit kan op verzoek van de ambte-
Het bestuursorgaan dient een keuze te maken tussen een commissie ex artikel 7:5 (interne commissie) of artikel
7:3 (externe commissie) van de Algemene wet bestuursrecht. Uiteraard zijn daarbij de bepalingen van de Awb van
toepassing.
