4. Tegen het besluit tot voorlopige plaatsing staat geen rechtsmiddel open. Artikel 12 Voorgenomen benoeming 1Het college van burgemeester en wethouders van de nieuwe gemeente bericht de ambtenaar zo spoedig mogelijk, maar in elk geval vóór 1 april 1997 of het met het voorstel als bedoeld in artikel 10 instemt. Het college van burgemeester en wethouders van de nieuwe gemeente kan slechts wegens zwaarwichtige redenen gemotiveerd van het voorstel als bedoeld in artikel 10 afwijken. In dat geval stelt het college van burgemeester en wethouders van de nieuwe gemeente de betrokken ambtenaar in de gelegenheid zijn zienswijze naar voren te brengen alvorens een besluit te nemen. 2. De ambtenaar deelt het college van burgemeester en wethouders van de nieuwe gemeente schriftelijk binnen twee weken na ontvangst van het besluit als bedoeld in het vorige lid mede, of hij hiermee kan instemmen dan wel daartegen bezwaar maakt. In bijzondere gevallen kan naar het oordeel van het college van burgemeester en wethouders van de nieuwe gemeente de termijn verlengd worden tot vier weken. Indien binnen deze termijn geen mededeling van de ambtenaar is ontvangen wordt deze geacht in te stemmen met de voorgenomen benoeming en zal het bestuur overeenkomstig besluiten. 3. Het college van burgemeester en wethouders van de nieuwe gemeente zendt de ambtenaar, die bezwaar maakt een ontvangstbevestiging en stelt de geschillencommissie als bedoeld in artikel 13 van het bezwaar in kennis, met het verzoek omtrent het bezwaar advies uit te brengen. 4. Zolang de in artikel 13 genoemde geschillencommissie het geschil in behandeling heeft en geen uitspraak heeft gedaan, blijft de verplichting tot het verrichten van de, op grond van de plaatsing als bedoeld in artikel 11, opgedragen werkzaamheden aanwezig. Indien geen plaat sing heeft plaatsgevonden kan de ambtenaar alsnog worden geplaatst door het college van burgemeester en wethouders van de nieuwe gemeente. 5. De ambtenaar, die met de voorgenomen benoeming instemt, ontvangt binnen twee weken na aflopen van de termijn als bedoeld in lid 2 een definitieve benoeming. In deze definitieve benoeming zijn tevens alle concrete salarisaanspraken opgenomen, alsmede de persoonlijke garanties of wijze van voorgenomen afbouw van toelagen en dergelijke. Artikel 13 Geschillencommissie 1Er is een geschillencommissie, te benoemen door het college van burgemeester en wethou ders van de nieuwe gemeente. De commissie bestaat uit drie leden: a. een lid op voordracht van het college van burgemeester en wethouders van de nieuwe gemeente; b. een lid op bindende voordracht van de organisaties van overheidspersoneel; c. een onafhankelijk voorzitter, op voordracht van de onder a. en b. genoemde leden. De onder a. b. en c. genoemde leden mogen noch een arbeidsverhouding hebben met een van de bij de herindeling betrokken gemeenten, noch deel uitgemaakt hebben van de inpas singscommissie. Aan de onder b en c genoemde leden wordt een vergoeding verleend voor de verrichte werkzaamheden en de gemaakte onkosten. De vergaderingen van de geschillencommissie zijn niet openbaar. 2. Wanneer omtrent de voordracht van het in lid 1 genoemde onafhankelijke lid geen overeen stemming wordt bereikt, beslist het college van burgemeester en wethouders van de nieuwe gemeente, gehoord de commissie voor Georganiseerd Overleg. 3. Als adviseur(s) (zonder 'stemrecht) kunnen door de voorzitter één of meer personen worden uitgenodigd. 4. Het college van burgemeester en wethouders van de nieuwe gemeente wijst een ambtelijk secretaris van de geschillencommissie aan. Deze heeft geen stemrecht. 5. De geschillencommissie adviseert het college van burgemeester en wethouders van de nieuwe gemeente omtrent de haar voorgelegde bezwaren. Daarbij heeft zij het recht: a. tot het horen van partijen; b. tot het horen van deskundigen; c. tot het inzien van alle voor het geschil van belang zijnde stukken.

Raadsnotulen

Nieuw-Vossemeer: 1957-1996 | 1996 | | pagina 152