Dit geldt eveneens voor het aan de oude functie verbonden functionele en eventuele uit
loopniveau.
5. De eventuele toeslagen/toelagen, niet zijnde persoonlijke en/of (oude) garantietoelagen,
worden - indien noodzakelijk - ingaande 1 januari 1998 in een periode van 5 jaren afgebouwd
met 20% per jaar van het oorspronkelijke bedrag van de toelage.
De afbouw van toelagen/toeslagen zoals hiervoor vermeld vindt niet plaats indien de
ambtenaar op 1 januari 1997 50 jaar of ouder is en op die datum 10 jaar of langer de
toelage/toeslag heeft genoten.
Toelagecomponenten verbonden aan de nieuwe functie zullen op de (oude) toelagen in elk
geval in mindering worden gebracht.
6. Voor de ambtenaar die in een hoger gewaardeerde functie wordt ingepast wordt, overeen
komstig de bepalingen van de bezoldigingsverordening van de nieuwe gemeente, na de
definitieve waardering van de functie en bij gebleken voldoende functioneren een bevordering
toegekend met terugwerkende kracht tot de datum van herindeling.
7. De ambtenaar, voor wie de dagelijkse reisafstand (woon/werkverkeer) door het verplaatsen
van de tijdelijke of definitieve standplaats toeneemt, ontvangt voor de meer af te leggen
kilometers ten opzichte van de situatie voor 1 januari 1997 een kilometervergoeding gelijk aan
het laagste tarief (openbaar vervoer) genoemd in het Reisbesluit Binnenland (in 1996 f 0,20),
gemeten over de kortste afstand over de weg. De vergoeding eindigt c.q. vermindert naar
evenredigheid wanneer de extra reisafstand door een verhuizing of verplaatsing van de
tijdelijke of definitieve standplaats vermindert of bij enige vorm van ontslag.
Artikel 7 Inpassing
1. Inpassing geschiedt op voorstel van de stuurgroep door het college van burgemeester en
wethouders van de nieuwe gemeente overeenkomstig de vastgestelde inpassingsprocedure.
2. In principe wordt elke ambtenaar schriftelijk een passende functie aangeboden in de nieuwe
gemeentelijke organisatie, gebaseerd op het advies van de inpassingscommissie. Indien er
geen passende functie is, wordt een geschikte functie aangeboden. Eveneens kan op verzoek
van de ambtenaar in plaats van een passende functie een geschikte functie worden aangebo
den.
Artikel 8 Inpassingscommissie
1Er is een inpassingscommissie, te benoemen door de stuurgroep. De commissie bestaat uit 7
leden:
a. een lid van elk college van burgemeester en wethouders van de betrokken gemeenten,
b. drie leden op een bindende voordracht van de gezamenlijke organisaties van overheids
personeel die zijn vertegenwoordigd in de commissie voor Bijzonder Georganiseerd
Overleg;
c. een onafhankelijk voorzitter, op bindende voordracht van de onder a. en b. genoemde
leden.
De onder b en c genoemde leden mogen geen arbeidsverhouding hebben met een van de bij
de herindeling betrokken gemeenten. Aan de onder b en c genoemde leden wordt een
vergoeding verleend voor de verrichte werkzaamheden en de gemaakte onkosten. De
vergaderingen van de inpassingscommissie zijn niet openbaar.
2. Aan de inpassingscommissie wordt toegevoegd - zonder stemrecht - een extern adviseur.
De stuurgroep wijst aan de inpassingscommissie een ambtelijk secretaris toe.
3. Ten behoeve van de procesbewaking en/of ter verdere versterking van een objectieve werk
wijze kunnen adviseurs in de inpassingscommissie door de voorzitter uitgenodigd worden.
Deze adviseurs hebben geen stemrecht.
4. De inpassingscommissie heeft tot taak aan de stuurgroep schriftelijk en gemotiveerd advies
uit te brengen omtrent de inpassing van de ambtenaren in een functie in de nieuwe organi
satie. Een eventueel minderheidsstandpunt wordt desgewenst expliciet vermeld. Dit advies is
vertrouwelijk.
5. De inpassingscommissie heeft het recht:
a. tot het horen van ambtenaren;
b. tot het horen van informanten;
c. tot het inzien van alle voor de inpassing van belang zijnde stukken.
