leidt er toe dat de vaststelling van de CAR en -voor zover van toepassing- de UWO en de
wijzigingen niet meer behoeft te geschieden door de gemeenteraad indien hiertoe een delegatie
besluit is genomen. Aangezien de gemeenteraad toch geen wijzigingen in de CAR/UWO kan
aanbrengen, lijkt het ons zinvol deze bevoegdheid te delegeren aan ons college.
Vaststelling.
Om de invoering van zowel de CAR als de UWO overzichtelijk te houden, wordt aan uw raad
voorgesteld om de CAR/UWO-regeling in een keer vast te stellen. Hierdoor kan ook het
overgangsrecht overzichtelijk blijven.
Overgangsrecht.
In de vergelijking tussen de bestaande aanspraken of rechtspositionele regelingen en de inhoud
van de CAR/UWO-regeling is bezien of er nog overgangsrecht geregeld diende te worden.
Overgangsrecht moet worden ingesteld in die gevallen dat de bestaande regelgeving bij onze
gemeente positief afwijkt van de nieuwe CAR/UWO-regeling. Met de vaststelling van de
CAR/UWO-regeling zouden indien er geen overgangsregeling wordt vastgesteld, deze aanspraken
verdwijnen.
Vastgesteld kan worden dat onze gemeente in het verleden veelal de aanbevelingen van het
CvA/VNG onverkort heeft gevolgd. Dat maakt dat het overgangsrecht vrij beperkt kan blijven.
Na vergelijking is gebleken dat in overgangsrecht zou moeten voorzien op het gebied van
jubileumgratificaties. De jubileumgratificaties, zoals geregeld in de CAR/UWO-regeling, hebben
uitsluitend betrekking op overheidsjubilea. In het thans van toepassing zijnde ambtenarenre
glement is echter ook voorzien in jubileumgratificaties bij dienstjubilea. Aangezien onze gemeente
voor de gemeentelijke herindeling geen dienstjubilea meer kent is het niet nodig om hiervoor
overgangsrecht te treffen. Overigens kent men in de gemeente Steenbergen nog dienstjubilea
voor personeel dat voor 1-3-1996 in dienst is gekomen. Wij gaan er van uit dat voor het
personeel dat per 1-3-1996 in vaste dienst is bij de gemeente Nieuw-Vossemeer, een zelfde
regeling zal gaan gelden als thans in de gemeente Steenbergen wordt toegepast. Overigens
zullen wij een en ander bij de besprekingen in het licht van de herindeling nog aan de orde
stellen.
De betreffende vakorganisaties zullen wij hierover verder om instemming vragen.
Overleg.
Over de CAR/UWO-regeling behoeft geen instemming te worden verkregen van de vakorganisa
ties. Dit is het gevolg van het op sectoraal niveau bereikte akkoord daarover tussen de gemeen
telijke werkgevers en de vakorganisaties.
Voorstel.
Wij stellen u voor te besluiten tot vaststelling van de CAR/UWO-regeling per 1 april 1996, en tot
delegatie van de bevoegdheid tot vaststelling/wijziging CAR/UWO, zulks overeenkomstig het ter
inzage liggende concept-besluit. Tevens stellen wij u voor de betreffende regelingen zoals deze
in het raadsbesluit zijn weergegeven per gelijke datum in te trekken.
Nieuw-Vossemeer, 20 maart 1996.
Burgemeester en wethouders van Nieuw-Vossemeer,
de secretaris, de burgemeester,
W.A.M. Verschuren (l.s.). E.A. Lukkassen.
