Gemeente Nieuw-Vossemeer 3. Als ongehuwd wordt mede aangemerkt degene van 21 jaar of ouder die duurzaam geschei den leeft van de persoon met wie hij gehuwd is. 4. Van een gezamenlijke huishouding is sprake, indien twee personen van 21 jaar of ouder hun hoofdverblijf in dezelfde woning hebben en zij blijk geven zorg te dragen voor elkaar door middel van het leveren van een bijdrage in de kosten van de huishouding dan wel anderszins. 5. Een gezamenlijke huishouding wordt in ieder geval aanwezig geacht, indien de belang hebbenden hun hoofdverblijf hebben in dezelfde woning en: a. zij met elkaar gehuwd zijn geweest of eerder voor de verlening van bijstand als gehuwden zijn aangemerkt; b. uit hun relatie een kind is geboren of erkenning heeft plaatsgevonden van een kind van de een door de ander; c. zij zich wederzijds verplicht hebben tot een bijdrage aan de huishouding krachtens een geldend samenlevingscontract, of d. zij op grond van een registratie worden aangemerkt als een gezamenlijke huishouding die naar aard en strekking overeenkomt met de gezamenlijke huishouding bedoeld in het vierde lid. Hoofdstuk 2. Categorieën Artikel 2 1. Voor belanghebbenden aan wie bijstand kan worden verleend, geldt een categorie-aanduiding. 2. De categorieën worden aangeduid als: a. alleenstaande; b. alleenstaande ouder; c. gehuwde. Hoofdstuk 3. Criteria voor het verhogen van de bijstandsnorm Artikel 3 1. De bijstandsnorm wordt verhoogd met een toeslag, indien de alleenstaande of de alleen staande ouder hogere algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan heeft dan waarin de bij standsnorm voorziet als gevolg van het niet of niet geheel kunnen delen van deze kosten met een ander. 2. De toeslag als bedoeld in het eerste lid wordt voor de alleenstaande en de alleenstaande ouder met zijn kinderen in wiens woning geen ander zijn hoofdverblijf heeft, bepaald op het in artikel 33, tweede lid, van de wet genoemde maximumbedrag. 3. De toeslag als bedoeld in het eerste lid bedraagt voor de alleenstaande en de alleenstaande ouder op wie het tweede lid niet van toepassing is 9.45% van het netto minimumloon. Hoofdstuk 4. Criteria voor het verlagen van de bijstandsnorm of de toeslag Artikel 4 1. De bijstandsnorm wordt lager vastgesteld, indien het echtpaar lagere algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan heeft dan waarin de bijstandsnorm voorziet als gevolg van het geheel of gedeeltelijk kunnen delen van deze kosten met een ander. 2. De verlaging als bedoeld in het eerste lid bedraagt 10,55% van het netto minimumloon. Artikel 5 De toeslag als bedoeld in artikel 33 van de wet wordt, in afwijking van artikel 3, voor een alleenstaande van 21 jaar vastgesteld op maximaal 10% van het netto minimumloon en voor een alleenstaande van 22 jaar op maximaal 15% van het netto minimumloon. Bijstandsverordening Nieuw-Vossemeer 1996 2

Raadsnotulen

Nieuw-Vossemeer: 1957-1996 | 1995 | | pagina 21