BIJLAGE 1
De financiële consequenties voor de cliënt bij keuze tussen cluster forfaitaire variant
als gevolg van toeslagenbeleïd nAbw per 01-01-96
categorie
Woonsituatie
model
basisnorm:
toeslagen:
- woonkosten
overige woonkst.
- woningdeler
- extra corr.
géén gez. huish.)
- vaste toeslag
Totaal (max.)
hoogte uitk.'95
gehuwde
100%
100%
1.803,16
alleenstaande ouder
echte niet alleenwonende
cluster forfait.
9,45%
20%
90%
1.622,84
(90%)
79,45%
alleenstaande netto min. loon
echte niet alleenwonende f. 1.803,16 (excl. vt)
(01-01-95)
50%
20%
70%
1.262,21
cluster forfait.
50%
50%
9%
6%
5%
9,45%
(70%)
x netto min.loon
x netto min.loon
x netto min.loon
x netto min.loon
x netto min.loon
x netto min.loon
59,45%
Invulling:
Partner
Woningdeling
inw. kinderen
23 jaar)
kostgever
kostganger
onderverhuurder
onderhuurder
uitk.'95
uitk.'95
(excl. vt)
(excl. vt)
50%
50%
50%
50%
901,58
901,58
901,58
901,58
901,58
901.58
75%
79,45%
55%
59,45%
1.352,37
1.432,61
1.432,60
991,74
1.071,98
1.071,97
75%
79,45%
55%
59,45%
1.352,37
1.432,61
1.432,60
991,74
1.071,98
1.071,97
75%
79,45%
55%
59,45%
1.352,37
1.432,61
1.334,21
991,74
1.071,98
973,58
84%
79,45%
90%
64%
59,45%
70%
1.514,65
1.432,61
1.622,84
1.154,02
1.071,98
1.262,21
75%
79,45%
55%
59,45%
1.352,37
1.432,61
1.432,60
991,74
1.071,98
1.071,97
84%
79,45%
90%
64%
59,45%
70%
1.514,65
1.432,61
1.622,84
1.154,02
1.071,98
1.262,21
Ter illustratie de inkomenssituatie van een alleenstaande ouder met 2 inw. verdienend kinderen:
I Situatie voordat het oudste kind inkomsten uit arbeid geniet:
Huishuur, f 700,00 per maand; bijstandsnorm: f 1622,84 netto per maand excl. vakantie
geld; huursubsidie (IHS): f 320,00 per maand
II Het oudste kind is 20 jaar en gaat werken tegen het minimumloon van f 1.098,00 netto per
maand excl. vakantiegeld.
Het inkomen van moeder daalt dan met:
- f 190,24 i.v.m. een korting op de bijstandsnorm en
- f 135,00 i.v.m. verlaging van de huursubsidie.
- Daarnaast valt de studiefinanciering weg, die het betreffende kind voordien genoot
(waarin f 473,30 is begrepen voor levensonderhoud).
De moeder zou van het kind een bijdrage moeten vragen, welke bijdrage een compensatie
biedt voor de mindere inkomsten alsmede een redelijk kostgeld, en toch voldoende
financiële ruimte aan het kind biedt om in zijn resterende kosten van levensonderhoud te
voorzien en te sparen voor de toekomst (huwelijk, inrichting eigen woongelegenheid etc.).
Dat blijkt in de praktijk een moeilijke opgave.
III Indien het oudste kind 18 jaar zou zijn, bedraagt het minimumloon f 864,00 netto per maand
excl. vakantiegeld. Dat zou geen daling van de huursubsidie tot gevolg hebben. Daarnaast had
dit kind voordien geen studiefinanciering, maar ontving de moeder kinderbijslag. Voor het
overige is de situatie gelijk.
9