BIJLAGE 8A.
AGENDAPUNT RAADSVERGADERING C0DENR./W1
jj 27 januari 1994 -1.754.212
VOORSTEL INZAKE SCHADEVERGOEDINGEN TENGEVOLGE VAN DE AANLEG VAN EEN WOONWA-
GENLOKATIE AAN DE TOLSEDIJK
Aan de gemeenteraad,
In de raadsvergadering van 26 september 1991, besloot de gemeenteraad de
verzoeken om vergoeding van schade ex. artikel 49 van de Wet op de Ruimte
lijke Ordening van de heer L.A. Verwaal (Tolsedijk 4) en de heer
W.A. Broekhuizen (Hogendijk 35) af te wijzen.
Het verzoek van de heer M. Suijkerbuijk (Tolsedijk 2) om een vergoeding ad
30.000,= ivm. de waardevermindering van zijn woning door planologische
mutatie werd slechts gedeeltelijk gehonoreerd.
Op advies van de Stichting Adviesbureau Onroerende Zaken te Rotterdam, werd
besloten een bedrag ad 12.000,= toe te kennen, vermeerderd met de
wettelijke rente vanaf 16 juli 1987, zijnde de datum waarop het bestem
mingsplan woonwagencentrum rechtskracht verkreeg.
Tegen deze besluiten werd door genoemde personen beroep ingesteld bij de
Afdeling voor de geschillen van bestuur van de Raad van State.
Op 27 september 1993 deed de Afdeling voor de geschillen van bestuur van de
Raad van State uitspraak. Deze kan als volgt worden weergegeven:
1. Het besluit van de gemeente Nieuw-Vossemeer mbt. de toekenning van
een schadevergoeding ad 12.000,= aan de heer M. Suijkerbuijk werd
vernietigd.
2. Het verzoek van de heer M. Suijkerbuijk om toekenning van een
schadevergoeding ad 30.000,= op grond van artikel 49 van de Wet op
de Ruimtelijke Ordening werd gehonoreerd. De gemeente Nieuw-Vossemeer
dient het bedrag, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 16 juli 1987
en verminderd met het aan hem reeds uitbetaalde bedrag aan schadever
goeding en wettelijke rente aan hem uit te betalen.
3. De beroepen van de heren Verwaal en Broekhuizen werden verworpen.
4. De gemeente Nieuw-Vossemeer werd gelast aan M. Suijkerbuijk het door
hem ingevolge artikel 32, vijfde lid, van de Wet op de Raad van State
gestorte recht ad 150,= te vergoeden.
Berekend is dat de aan de heer M. Suijkerbuijk uit te betalen vergoeding ad
30.000,= vermeerderd moet worden met 19.940,76 wettelijke rente.
Een aanzienlijk bedrag, maar men mag niet vergeten dat de periode waarover
wettelijke rente berekend dient te worden ruim 6\ jaar bedraagt, te weten
16 juli 1987 t/m 31 januari 1994. Daarnaast zijn de te hanteren percentages
zeer hoog. Deze variëren tussen de 8% en de 12%.
De totaal aan de heer M. Suijkerbuijk te betalen vergoeding bedraagt
derhalve 49.940,76. Aan hem is reeds een bedrag aan vergoeding en
wettelijke rente betaald van 18.148,27, waardoor het restant aan de heer
Suijkerbuijk te betalen bedrag 31.942,49 bedraagt, inclusief het door de
heer Suijkerbuijk gestorte recht ad 150,=.
1