Artikel 5 Wijze van heffing
De leges worden geheven bij wege van een mondeling dan wel een gedagtekende
schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk,
zegel, nota of ander schriftuur.
Artikel 6 Tijdstip van betaling
De leges moeten worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel
5:
a. mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;
b. schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennis
geving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de
dagtekening van de kennisgeving.
Artikel 7 Teruggaaf
Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges ter zake van een in de tarieventabel
omschreven dienst wordt verleend op een verzoek als bedoeld in artikel 289 van
de gemeentewet (Stb. 1931,89) en overeenkomstig een met betrekking tot die
dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.
Artikel 8 Vrijstellingen
Artikel 9 Machtiging tot overdracht van bevoegdheden
Burgemeester en wethouders kunnen een of meer gemeente-ambtenaren aanwijzen, die
in hun plaats treden met betrekking tot de uitvoering van enige wettelijke
bepaling betreffende de heffing en de invordering van de leges.
Artikel 10 Kwijtschelding
Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 11 Nakoming van verplichtingen
De verplichtingen bedoeld in de artikelen 47, 50 en 51 van de Algemene wet
inzake rijksbelastingen (Stb. 1959, 301) en in de artikelen 58 en 61 van de
Invorderingswet 1990 (Stb. 221) gelden mede jegens de door burgemeester en
wethouders aangewezen ambtenaren der gemeentelijke belastingen.
Artikel 12 Vrijstelling invorderingsrente bij uitstel van betaling
Ingeval op de voet van artikel 25 van de Invorderingswet 1990 uitstel van
betaling is verleend wordt geen invorderingsrente in rekening gebracht indien
deze voor alle op één kennisgeving vermelde gevorderde bedragen gerekend over
de volledige looptijd van het genoten uitstel in totaal een bedrag van 100,00
niet te boven gaat.
2
Artikel 13 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel
1. De 'Legesverordening 1964' van 29 juni 1964 wordt ingetrokken, met dien
verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich
hebben voorgedaan vóór de in het tweede lid genoemde datum van ingang van
de heffing.
2. Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 1993, welke
datum tevens de datum van ingang van de heffing is, of zo deze later valt,
op de eerstvolgende dag na het verlenen van goedkeuring door Gedeputeerde
Staten van Noord-Brabant.
3. In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft
indien de datum waarop deze verordening is goedgekeurd ligt na de datum
van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in
de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover
terzake daarvan de heffing van de leges in die periode plaatsvindt.
4. Deze verordening kan worden aangehaald als 'Legesverordening Nieuw-
Vossemeer 1993'.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van de gemeente Nieuw-
Vossemeer van 27 mei 1993.
De secretaris', De burgemeester,
P.P. Moors. E.A. Lukkassen.
3