3
CODENR./B
-1.782
VOORSTEL TOT HET VOTEREN VAN GELDEN TEN BEHOEVE VAN RAMPENVOORLICHTING
Aan de gemeenteraad.
In de vergadering van uw raad van 29 oktober 1992 is
Gemeentelijk Rampenplan vastgesteld. Bij deze vaststelling is
diverse raadsleden op aangedrongen de voorlichting aan de bevo
adequate wijze te verzorgen.
Bij de vaststelling van het rampenplan was reeds bekend dat op
initiatief van het Streekgewest Westelijk Noord-Brabant een werkgroepje
in het leven geroepen zou worden, dat plannen voor een goede
voorlichtingscampagne zou voorbereiden. Inmiddels heeft de werkgroep
haar werkzaamheden afgerond en voorstellen gedaan. Uitgangspunt is dat
in alle 18 gemeenten van het Streekgewest een gelijkluidende opzet van
de campagne nagestreefd zal worden.
Besloten is in eerste instantie de nadruk te leggen op de preventieve
voorlichting. Dat wil zeggen dat eerst aan de inwoners duidelijk
gemaakt zal worden wat men moet doen als de sirene gaat en welke
gevaren hen omringen. Na deze stap zal de actieve voorlichting komen.
Bij het opzetten van de actie zijn de volgende uitgangspunten
vastgesteld:
-de gemeenten zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de lokale
campagne/invulling;
-er zal sprake zijn van gelijkluidende voorlichting aan de burgerij;
-de campagne zal een eenduidige uitstraling dienen te hebben;
-de bevolking moet minimaal de volgende informatie krijgen:
*wijze van alarmering
*eerste eenvoudige veiligheidsmaatregelen die elke bewoner moet nemen
^hoe nadere informatie te verkrijgen is.
-gezamenlijke inkoop/aanmaak van de communicatiemiddelen.
De volgende doelstellingen volgen de leidraad van de regionale
voorlichtingscampagne:
1. het publiek informeren over en vertrouwd maken met het basisalarm-
scenario;
2. het risicobesef van bedreigingen (calamiteiten) die onze huidige
lokale samenleving kent, optimaliseren;
3. het vertrouwen in de overheid door een zorgvuldige, professionele
en actieve opstelling versterken.
AGENDAPUNT RAADSVERGADERING
6 28 JANUARI 1993
het
er door
lking op