Gemeente Nieuw-Vossemeer
Bijlage 3b
De raad van de gemeente Nieuw-Vossemeer
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van
24 november 1992;
gelet op de artikelen 170 en 288 van de gemeentewet;
gelet op het gestelde in de Wet Financiering Lagere Overheden
en de daarop betrekking hebbende uitvoeringsmaatregel;
BESLUIT:
Burgemeester en wethouders voor 1993 te machtigen tot het
kunnen aangaan van kortlopende geldleningen tot een maximum
van f 652.130,=, tegen een rente die voor elke lening afzon
derlijk zal worden bepaald in overeenstemming met de van
overheidswege te dier zake gestelde of nog te stellen normen
ten aanzien van kortlopende geldleningen, en voorts onder de
navolgende voorwaarden en bepalingen:
1De kortlopende leningen worden door burgemeester en wethou
ders naar behoefte gesloten met die (bank)-instellingen,
die naar hun oordeel het voor de gemeente voordeligste
aanbod doen;
2. De af te sluiten kortlopende leningen mogen geen langere
looptijd hebben dan ten hoogste 12 maanden;
3. De provisie aan bemiddelaars, exclusief de eventueel
verschuldigde omzetbelasting, mag ten hoogste 1/8%
bedragen
4. De besluiten van burgemeester en wethouders tot het aan
gaan van kortlopende geldleningen krachtens dit besluit,
dienen binnen drie dagen na vaststelling ter kennisname aan
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant te worden gezonden en
in de daarna eerstvolgende vergadering van de gemeenteraad
te worden meegedeeld.
Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van de gemeente
Nieuw-Vossemeer van 10 december 1992.
De secretaris, De burgemeester,
P.P. Moors. E.A. Lukkassen.
