Voorts is geconstateerd dat het vereiste van het "bij wet of van
gemeentewege zijn ingesteld of aangewezen tot het dienen van
gemeentelijke belangen", als genoemd in artikel 4, eerste lid, onder
1. niet altijd een duidelijke beoordeling mogelijk maaktaangezien
dié instelling of aanwijzing niet steeds evidentis.Dit probleem
komt wel het duidelijkst tot uitdrukking bij privatisering, waar
overheidstaken van de ene op de andere dag tot taken van de Pjxvate
instellingen worden. Het laten vervallen van het vereiste dat de
betrokken instellingen bij wet of van gemeentewege dienen te zijn
ingesteld of aangewezen, beoogt meer ruimte te geven aan het algemeen
bestuur van het IZA bij toelating van personeel van bedoelde
instellingen. Toetsing beperkt zich niet meer als voorheen slechts
tot constatering of de instelling of aanwijzing heeft plaatsgevonden,
het IZA-bestuur zal voortaan zelfstandig onderzoeken of de instelling
die om toelating van haar personeel tot de IZA-regeling verzoekt,
mede een gemeentelijk belang dient. Aldus wordt bereikt dat het
personeel van instellingen waarvan niet geheel duidelijk xs of zij
nu zijn ingesteld of aangewezen om gemeentelijke belangen te dienen,
maar die toch qua doelstelling ook weer niet dermate veel verschillen
van wel tot het IZA toegetreden instellingen, voortaan eveneens m
de regeling kan participeren.
3 Deze aanpassing houdt verband met de wijziging van artikel 4eerste
lid, sub. a. (zie artikel I, tweede lid van dit besluit)
4 De in het vierde lid van artikel I van het onderhavige besluit
vermelde wijziging is nood-zakelijk in verband met de inwerkingtreding
van^het Besluit geneeskundige verzorging politie 1984 (Besluit van
2 iuli 1984 stb343, houdende vaststelling van regelen betreffende
geneeskundige verzorging van de politieambtenaren en hun gezinsleden
en hun nagelaten betrekkingen). Vermelding van het Besluit
geneeskundige verzorging noodwachters kan vervallen, nu dit beslui
is ingetrokken bij gelegenheid van de opheffing van de dienst
Bescherming Bevolking.
Artikel II
In het huidige artikel 10 wordt het gehele bijdragegebeuren geregeld. Dit
impliceert tevens dat telkens voor een - toekomstigewijziging inzake
deze materie een (aparte) wijziging van de IZA-regelmg noodzakelijk is
(met bijbehorende - lange - procedure).
Vanuit de gedachte dat een meer flexibele regeling c.q. een meer slagvaardige
wiizigingsprocedure in de - nabije - toekomst wenselijk is (te denken valt
bijvoorbeeld aan de ontwikkeling van - verschillende vormen van
premiedifferentiatie, het op elkaar afstemmen van de premieheffings
svstematiek IZA en -AWBZ)is voorgesteld een aantal van de_ huidige
beoalinqen uit artikel 10 van de IZA-regeling te schrappen, overigens me
de bedoeling om deze tegelijkertijd op te nemen in het Reglement
Ziektekostenvoorziening. Het voorliggende voorstel behelst derhalve geen
inhoudelijke wijziging.
2