- 3 -
Naar aanleiding van de stijging van de representatiekos
ten met 15?ó vraagt de heer Dekkers of het college van mening
is dat deze stijging in overeenstemming is met de ontwikkeling
van de lonen en de uitkeringen van diegenen die het op moeten
brengen.
Ingaande op het voornemen tot het aangaan van een,
ook door de partij van de heer Dekkers voorgestelde, jumelage
met de gemeente Putte geeft de heer Dekkers nogmaals de
motivatie van zijn partij weer, die zoals de heer Dekkers
opmerkt, wel afwijkt van de motivatie van het college.
De overeenkomst tussen de gemeente Putte en de voor de heer
Dekkers liggende begroting is:
Als je wilt weten wat erin Putte allemaal ingaat dan is
dat vrij simpel; je gaat aan de grens staan en ziet alles
voorbijkomen. Ga je daarentegen aan de andere kant staan
dan weet je niet waar alles blijft, net zoals bij de begroting
van onze gemeente, aldus de heer Dekkers.
Vooruitlopend op een volgend punt op de agenda, namelijk
de belastingverhoging, wil de heer Dekkers het college nog
in overweging geven, indien deze belastingverhogingen onverkort
doorgaan, om de Vos in het gemeentewapen te vervangen door
een uitgemolken geit.
Vervolgens krijgt de heer van Geel het woord.
Met betrekking tot de financiële rapportage aan de
raad merkt de heer van Geel op het niet geheel eens te zijn
met de door het college voorgestelde termijn.
In de praktijk betekent dit dat de eerste rapportage pas
in september bij de raad komt; dan blijven er nog 3 maanden
over om bij te sturen. Dit is te kort, aldus de heer van
Geel. Hij stelt voor om 2 keer naar de raad toe te rapporteren:
de eerste voor 1 mei; dit moet dan voor de zomer vakantie
behandeld zijn en de tweede voor 1 september. Zo kan na
4 maanden, indien nodig, het beleid bijgestuurd worden en
kan na 8 maanden een redelijke prognose voor het gehele
jaar gemaakt worden.
Graag ziet de heer van Geel een voorstel om rond de tafel
te gaan zitten begin januari tegemoet.
Met betrekking tot de afvalverwerking vraagt de heer
van Geel of het college bereid is initiatieven te nemen
om snel tot een regionale samenwerking te komen en het hele
beheer, inclusief financiële afwikkeling, aan het Streek-
gewest over te dragen.
Ingaande op de werkgelegenheid vraagt de heer van Geel
of het college hieraan iets wil doen en te bekijken wat
voor mogelijkheden het REWIN biedt in deze. Echter, zonder voor
afgaande zekerheden een bedrijventerrein creëren, vindt de heer
van Geel bezwaarlijk.
Met betrekking tot belastingen en retributies zegt de
heer van Geel dat de Meerjarenbegroting hierover duidelijk is.
Wel vraagt hij het college om de bevolking grondig te informeren
en gaarne verneemt hij nog hoe het college dit wil gaan doen.
De heer van Geel zegt wel in te stemmen met de Meerjarenbegroting
maar hij wenst jaarlijks de verandering in belastingen en retri
buties opnieuw vast te stellen.
Ingaande op de opvang voor asielzoekers wil de heer van
Geel graag van de andere partijen vernemen hoe ze staan tegen
over decentrale opvang en of zij bereid zijn hieraan mee te
werken.