- 2 -
7. Voorstel tot vaststelling van het reglement van orde voor
de vergaderingen van de gemeenteraad.
Codenr-20751
De heer Buys informeert, onder verwijzing naar artikel
4 het seniorenconvent, of het college dit convent in wil
voeren naast de commissies die in het leven geroepen zijn.
Of is dit convent slechts van toepassing bij bepaalde speciale
of informele gelegenheden, aldus de heer Buys.
De heer van Geel vraagt wat men zich voor moet stellen
bij het gestelde over interrumperen in artikel 20. Het
is algemeen gebruikelijk dat iemand het woord krijgt en
dat ook afmaakt.
Ingaande op de vraag van de heer Buys zegt de voorzitter
dat het seniorenconvent niet te vergelijken is met de commissies
die zijn ingesteld.
Deze commissies belichten en adviseren de verschillende
beleidsterreinen. Het seniorenconvent daarentegen biedt
de mogelijkheid aan de fractievoorzitters en de voorzitter
van de raad om overleg te plegen over afspraken en ordekwesties.
Ook vragen van procedurele aard, zoals bijv. vergaderdata,
wijze van notuleren, kunnen aan de orde komen.
Het seniorenconvent heeft dus geen beleidsmatige functie.
De heer Buys informeert of er een tijdslimiet aan verbonden
is
De voorzitter antwoordt dat het bijeenroepen van het
seniorenconvent gewoon mondeling, dan wel telefonisch kan
gebeuren, na overleg over tijdstip en datum.
Naar aanleiding van de vraag van de heer van Geel zegt
de voorzitter dat het geenszins de bedoeling is'Mweede Kamertje"
te gaan spelen. Echter, de voorzitter wijst wel op de mogelijk
heid dat het betoog van een der raadsleden onduidelijkheden
oproept bij andere raadsleden. Het betrokken raadslid kan
dan geïnterrumpeerd worden met het verzoek een nadere toelich
ting opzijn betoog te geven.
De heer van Geel vraagt of hij hieruit af mag leiden
dat binnen het nieuwe reglement van orde de mogelijkheid
bestaat dat raadsleden elkaar om verduidelijking vragen.
De voorzitter beaamt dat een raadslid de mogelijkheid
heeft, na aan de voorzitter het woord te hebben gevraagd,
een verduidelijking te vragen van een ander raadslid.
De heer Dekkers merkt op dat in grotere plaatsen de
fractievoorzitters zeker 10 tot15 fractieleden vertegenwoordigen.
In Nieuw-Vossemeer zou dit betekenen dat alleen de heer
de Koning geen zitting in het seniorenconvent zou hebben.
De voorzitter zegt dat dit nu wel zo zou zijn. Echter
je stelt geen reglement van orde op alleen voor de huidige
situatie, maar ook voor de toekomst. Als in 1992 de nieuwe
Gemeentewet in werking treedt dan zou, na de verkiezingen
van 1994, de raad mogelijk uit 9 leden bestaan.
De heer Dekkers informeert naar aanleiding van artikel
24, punt 6, waarom hier de volgorde van de presentielijst
en niet de gebruikelijke ronde volgens de klok, wordt aangehouden.
De voorzitter zegt dat deze volgorde bijna overal wordt
gehanteerd. Ook wordt aldus een wisselend uitbrengen van
stemmen verkregen.
Voorts zou de heer Dekkers gaarne een nadere toelichting
zien op de artikelen die betrekking hebben op het indienen
van een amendement of motie, of het in stemming brengen
daarvan.