0&*is- '*b I*
artikel 18
Verzekeringen en contract
1. De houder van een kindercentrum moet ten behoeve van in het centrum
aanwezige functionarissen, begeleiders en kinderen een passende aansprake
lijkheids- en ongevallenverzekering afsluiten.
2. De houder van een gastouderbureau moet ten behoeve van de bij het bureau
werkzame functionarissen en begeleiders, alsmede de bij het bureau aange
sloten gastouders en door hen opgevangen kinderen een passende aansprake
lijkheids- en ongevallenverzekering afsluiten.
3. Tussen de bij het gastouderbureau aangesloten gastouders en ouders/verzor
gers zijn tenminste overeenkomsten voor het verlenen van diensten afgeslo
ten.
4. De houder van een gastouderbureau moet met gastouders en ouders/verzorgers
een contract sluiten, waarin ten minste de bemiddeling door het gastouder
bureau is geregeld.
artikel 19
Groepsgrootte kindercentra
1. Het aantal kinderen in één groep bedraagt maximaal:
a. 8 in de leeftijd van 6 weken tot 1 jaar;
b. 10 in de leeftijd van 1 tot 2 jaar;
c. 12 in de leeftijd van 2 tot 3 jaar;
d. 16 in de leeftijd van 3 tot 4 jaar;
e. 18 in de leeftijd van 4 jaar en ouder.
2. Een groep die bestaat uit kinderen van alle in het eerste lid genoemde
leeftijdscategorieën, omvat niet meer dan 12 kinderen. Van dit aantal
mogen er ten hoogste 3 jonger zijn dan 1 jaar.
3. Voor een groep die bestaat uit de in het eerste lid onder b tot en met e
genoemde leeftijdscategorieën geldt het gemiddelde aantal kinderen.
4. De in het eerste, tweede en derde lid bedoelde aantallen kinderen worden
twee maal per jaar op door burgemeester en wethouders vast te stellen
peildata vastgesteld.
artikel 20
Verblijfsruimte kindercentra
1. Elke groep heeft een afzonderlijke vaste verblijfsruimte
2. Voor elk kind moet per verblijfsruimte minimaal 3 vierkante meter netto
speel-/werkoppervlak beschikbaar zijn bepaald overeenkomstig NEN 2630.
3. Het kindercentrum dient te beschikken over een voldoende beveiligde
buitenspeelruimte, waarvan de oppervlakte minimaal 4 vierkante meter
per spelend kind bedraagt, bepaald overeenkomstig NEN 2630.
paragraaf 2
Specifieke regels per voorziening
artikel 21
Specifieke regels kinderdagverblijven
1. Een groep van kinderen in de leeftijd van 6 weken tot anderhalf jaar
heeft, naast een vaste verblijfsruimteeen aparte slaapruimte.
2. Kinderen die ouder zijn dan anderhalf jaar moeten kunnen slapen in een
rustige, afgescheiden ruimte.
3. Het aantal in artikel 19 bedoelde kinderen in een groep staat onder
leiding van ten minste twee functionarissen.
4. De verblijfsduur van een kind bedraagt ten hoogste 12 uur per dag.