HOOFDSTUK 2 NADERE REGELS
paragraaf 1
Regels voor kindercentra en gastouderbureaus
artikel 15
Algemene regels
1. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij openbaar ter kennis te brengen
besluit algemene of nadere regels te stellen, waaraan het kindercentrum,
de houder en de in het kindercentrum werkzame functionarissen en begelei
ders moeten voldoen. Deze regels hebben betrekking op:
a. de verzorging en begeleiding van en het toezicht op de kinderen;
b. de accommodatie en inrichting en hygiënische toestand van de voor
ziening
c. de veiligheid van de voorziening;
d. de aan de functionarissen en begeleiders testellen eisen van gezondheid
en gedrag.
2. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij openbaar ter kennis te brengen
besluit algemene of nadere regels te stellen, waaraan het gastouderbureau,
de houder, de bij het gastouderbureau werkzame functionarissen en begelei
ders en de bij het bureau aangesloten gastouders moeten voldoen. Deze
regels kunnen betrekking hebben op:
a. de woning van de gastouders;
b. de accommodatie van het gastouderbureau;
c. veiligheids- en kwaliteitseisen, waaraan de onder verantwoordelijkheid
van het gastouderbureau tot stand gekomen gastouderopvang moet voldoen.
artikel 16
Invloed ouders/verzorgers, gastouders, functionarissen en begeleiders
1. De houder zorgt er voor dat de invloed van functionarissen, begeleiders,
ouders/verzorgers en gastouders op het beleid van de houder gewaarborgd
is
artikel 17
Eisen functionarissen
1. De in een kindercentrum werkzame functionarissen dienen te voldoen aan de
eisen zoals die zijn omschreven in de salarisregelingen van de van toepas
sing zijnde CA.0.-welzijnswerk.
2. Een leidinggevend functionaris van een gastouderbureau dient ten minste
een met een daartoe geëigend diploma afgeronde hogere agogische of pedago
gische beroepsopleiding te hebben genoten of dient te beschikken over een
daaraan gelijk te stellen kennis- en ervaringsniveau.
3. Een uitvoerend functionaris van een gastouderbureau dient ten minste een
met een daartoe geëigend diploma afgeronde middelbare beroepsopleiding te
hebben genoten of dient te beschikken over een daaraan gelijk te stellen
kennis- en ervaringsniveau.