2 "Het zoeken naar een zo groot mogelijk draagvlak vraagt niet alleen inspanning, maar ook de bereidheid mee te willen werken aan voorstellen die niet altijd geheel de uwe zijn. Ben ik dan wel niet rechtstreeks door de oppositie aangesproken, bemerkt heb ik dat zij vindt onvoldoende aan haar:trekken te komen. Dit signaal wil ik graag vandaag oppakken. Uiteraard ga ik er dan vanuit, dat de fractie Algemeen Belang en Eendracht niet doelen op het willen doordrijven van hun visies tijdens de raadsvergaderingen omdat zij nu eenmaal moeten accepteren dat de verhoudingen telkens weer vastliggen nadat de burgers via verkiezingen hun stemmen hebben uitgberacht en de daarop volgende collegevor ming heeft plaatsgevonden. Waar het hen om zal gaan is dat: a. naar hen echt geluisterd wordt; b. zinvolle nieuwe suggesties hunnerzijds tegen beter weten in bewust daar ga ik overigens nooit vanuit) dan wel onbewust door de coalitie naar de prullebak wordenverwezen Een en ander werkt uiteraard, zeker voor enthousiaste raadsleden, demotiverend en frustrerend, hetgeen per saldo de gemeenschap- en daar gaat het tenslotte om - niet ten goede komt. Ik heb het genoegen te kunnen bogen op een redelijk lange bestuurservaring.Het moet gezegd worden, dat genoemde punten a en b overal bij tijd en wijle onderwerp van gesprek waren. Op enkele uitzonderingen na moet ik echter zeggen, dat door de bank genomen de raadsminderheid wel aan haar trekken kwam. De ervaring die ik inmiddels in Nieuw-Vossemeer in deze mocht opdoen steekt geenszins schril af dienaangaande in vergelijking tot andere gemeenten; sterker nog, deze stijgt er in positieve zin bovenuit, want ik heb wel degelijk gemerkt dat op meerdere onderdelen naar de oppositie wordt geluisterd. Ik ben het wel met u eens, dat voortdurend gestreefd moet worden naar nog meer dus zo optimaal mogelijke genoeg doening in deze. Ik ben graag bereid waar mogelijk mij daarvoor in te zetten. Het in het leven roepen van een aantal comm issies van advies en bijstand als bedoeld in art, 62, lid 2 van de Gemeentewet is een eerste stap om te komen tot een zo groot mogelijke betrokkenheid van ieder raadslid bij het besturen van Nieuw-Vossemeer. U zult begrijpen dat dit initiatief mijn volledige instem ming heeft. Een voorstel tot vaststelling van een verordening regelende de samenstelling en bevoegdheid van de commissies van advies en bijstand kunt u wat mij betreft dan ook op korte termijn tegemoet zien. Nu een nieuwe raadsperiode is aangevangen is het goed zich telkens te bezinnen op de vraag of over en weer (coalitie én oppositie) gezonde en reële politieke sportiviteit aan de dag wordt gelegd. Na 8 maanden kan ik slechts vaststellen, dat dit voor onze gemeenteraad voor verbetering vatbaar is.

Raadsnotulen

Nieuw-Vossemeer: 1957-1996 | 1990 | | pagina 70