r ted. -9- 15.Rondvraag. De heer Dekkers vinei het een drama wat betreft de wateroverlast in de Voorstraat en vraagt zich af wanneer dit euvel uit de wereld geholpen is. De voorzitter heeft zelf twee jaar geleden een kijkje genomen en dit uitvoerig besproken met het college. Aai de Grontmij is toen opdracht gegeven een plan te maken. Daar naast hebben we toestemming van het Hoogheemraadschap nodig om te mogen lozen in de Rietkreek. Hiervoor werd geen toe stemming gegeven daar geen rioolwater geloosd mag worden op oppervlakte wateren. Er is duidelijk gewezen op het feit dat er een nieuw rioleringsplan opgezet moet worden. Verder is momenteel niets te doen. Wethouder Rommers vertelt dat door de heer de Koning gevraagd is zelf een pomp te mogen inschakelen bij derge— lijke calamiteiten. De Grontmij is met nieuwe plannen bezig maar onze financiën zijn ontoereikbaar om te zeggen maak nieuwe tekeningen. Wel reserveren we om zo snel mogelijk tot een oplossing te komen. Tevens wijst hij er op dat de ruimte in het rioolstelsel niet voldoende is om grote calamiteiten op te vangen. De heer Dekkers attendeert dat de Koning 1.70 m boven Kreekwaterpeil zit en komt met een voorstel een put met een rechtstreekse pijp naar de Kreek aan te leggen die alleen bestemd is voor regenwater. Tevens verwacht hij niet dat bij een geheel nieuw rioolstelsel de afvoer bij de Koning dit dan rond zal krijgen en er toch uiteindelijk nog een overstort moet worden aangebracht. De voorzitter antwoordt dat dit bekeken is maar de kos ten zeer hoog zijn 125.000,--. Maar desondanks krijgen we hier geen toestemming van het Hoogheemraadschap voor eer we met een goed rioleringsplan komen. Wethouder Rommers wijst er wel op dat de pijp die ge- plan/ is zeer groot is vandaar ook die hoge kosten. Er is overleg geweest tussen de Grontmij en het Hoogheemraadschap, maar beiden willen niet steken of snijden. De heer de Koningjberkt op dat hij twee jaar geleden ge vraagd heeft voor een put met lozing in de kreek, hem geant woord is dat het water in de kreek hoger zal staan dan in de put. Daarna vraagt hij wat het verschil is tussen brandweer- pompen en een overstort. Beide pompen lozen uiteindelijk rioolwater in de kreek. De voorzitter antwoordt hierop dat dit inderdaad het geval is, maar op dergelijke momenten is het Hoogheemraad schap niet aanwezig en wij de mensen terwille moeten zijn. Er kan op die momenten verder niets gedaan worden. Dit is een samenloop van omstandigheden. De heer Dekkers zou graag weten wat er met het zwembad gaat gebeuren wanneer eventueel over enkele jaren blijkt dat het water weer goed is. Is hier over nagedacht. De voorzitter antwoordt dat er op dit moment duizenden dode kreukels liggen en dit nog jaren zal duren eer dit weer op het oude peil is. Tevens zijn wij blij met de sluiting van dit zwembad omdat er nu gelukkig geen onkosten meer zijn. Wethouder Rommers kan hier verder ook niets aan toe voegen. Vanwege het wegblijven van het getij kunnen wij het water niet verversen.

Raadsnotulen

Nieuw-Vossemeer: 1957-1996 | 1987 | | pagina 9