-9- Als enig alternatief zou men de gemetselde erfafscheiding niet op de erfafscheiding plaatsen maar 2 meter hier vandaan, maar dit kan nooit de bedoeling zijn en wijst op eventuele aanplan ting aan de slootzijde. Kort samengevat vindt hij dat na de indiening van de bouw- aanvrage te lang met de beslissing is gewacht en na de constate ring van de aanvang van de bouw van de erfafscheidingwerd aan Pas i-s de heer Weng/rirèdegedeeld dat de vergunning om welstandsgronden was afgewezen. Dreigementen dat voor 1 oktober de erfafscheiding afgebroken zou moeten worden druist volgens hem in tegen elke wetgeving. Iedere ingezetene heeft recht op beroep en bezwaar. Hier is volgens hem sprake van meten met twee maten. Hij verzoekt of deze affaire afgedaan kan worden met het betalen van een boete voor het bouwen zonder bouwvergunning en na het betalen van een bouwvergunning de zaak als afgedaan te be schouwen. De heer Buijs vraagt om stemming over dit agendapunt. De voorzitter zal eerst een toelichting geven. De schutting in de H. van Doernickstraat is terecht aangesproken. Verder is de heer Weng gaan bouwen en heeft zich daarmee in een onmogelij ke situatie gemannouvreerd zonder eerst overleg te plegen met onze bouwkundig opzichter. Welstandsbeoordeling is volgens hem voorgehouden aan deskundigen en we kunnen hier geen politieke zaak van maken. Uiteindelijk zijn alle termijnen in acht genomen. Over die boetebepaling ziet hij niet als een taak voor een ge meente om dit te bepalen. De heer de Koning wilt graag wijzen op artikel 14 onder b van de Bouwverordening waarin staat dat geen vergunning vereist is voor een afscheiding niet hoger dan 2 meter. Kan het college afwijken van welstandsadviezen en duidt er tevens op om hiermee voorzichtig te zijn. De voorzitter deelt mede dat de welstandsbeoordeling hier niets mee te maken heeft» Het hangt af van wat er gebouwd gaat worden, hoe groot dit is en waar het om gaat. Hij vindt het ook niet plezierig een bouwvergunning te weigeren maar het is duidelijk besproken met de stedebouwkundige. Als we dit toestemming geven hoeven we nergens geen toezicht meer op te houden. Hij deelt verder mede dat men er iedereen eerst op wij st over leg te plegen met de opzichter, die op dinsdagmorgen zit, eer men begint te bouwen. De heer Dekkers deelt mede een gesprek met de heer Weng te hebben gehad en duidt inderdaad op de lange tijd die tussen de aaftVrage en de afwijzing ligt. Hij vindt ook dat dit sneller had kunnen gebeuren. Wat hem verder verbaast is dat in het raadsvoor stel niet te lezen is dat de schutting een tijdelijk karakter heeft. Het ligt bij de heer Weng in de bedoeling om achter de schutting aan te plait en. Mocht deze beplanting groot genoeg zijn dan verdwijnt de schutting. Hij vindt dit veel uitmaken bij een beslissing, en geeft het college in overweging hem tegemoet te komen.

Raadsnotulen

Nieuw-Vossemeer: 1957-1996 | 1987 | | pagina 39