- 7 - proefperiode van 3 jaar. Hij vindt dat er goed overwogen moet worden welke voordelen de R.V.C. heeft voor deze ge meente. Het invullen van lijsten en aanvragen van contin genten wordt altijd zo breed mogelijk gedaan. Beter 1 teveel dan 1 te weinig. Zo redeneert elke gemeente. Zodoende zijn we altijd aan onze trekken kunnen komen met uitruilen. Hij vindt het zeer jammer dat in de krant gepubliceerd is dat we de sleutelpositie in handen hebben. Ten aanzien van de wachtgeldregeling vindt ook hij het een zeer vaag voorstel. Na opheffing kan men niet zeggen dat de 80.000,is ver dwenen, maar naar zijn mening moeten de meerkosten van een wachtgeldregeling wel worden meebecijferd. Die kosten mogen niet weggecijferd worden. Het uitruilen blijft naar zijn mening hetzelfde. Het contingent wat men overhoudt en nu misschien naar Oost-Brabant verdwijnt zal met de R.V.C. hier in het Streekgewest blijven. Maar ook nu houdt men als men goed overwogen heeft geen 4 woningen over. Als men dan toch nog over heeft kan men wel naar.de gemeenten in de om trek gaan om een eventuele uitruil te bewerkstelligen. Het is niet te voorspellen of dat ook werkelijk kan. Bij de R.V.C. kan dat wel en dat is een pro. Hij verwacht dat ook met de R.V.C. de gemeenten toch het maximale zullen aan vragen en voorziet zo een strijd als er een tekort gegeven wordt. Hij ziet dit niet als voordeel. De kosten zijn inder daad niet hoog en worden uit de reserve genomen. Die reser ves hebben de gemeenten echter wel eerst zelf opgebouwd. Als de R.V.C. goed functioneert moeten we er zeer gelukkig mee zijn. Het moeilijke echter in dit voorstel is dat we niet kunnen zeggen dat de voordelen die dan vernoemd zijn aan wezig zijn, maar ook de nadelen niet. Alleen in de richting van het Streekgewest hebben we de moeilijkheid doen of laten en daarin telt de precaire situatie voor wat betreft de financiën mee. Er zijn ook andere taken in het Streek gewest aanwezig die we niet kunnen missen als gemeente. Er moet dus terdege afgewogen worden dat men de solidariteit van het gewest niet kan missen. Aan de andere kant moeten we ons ook afvragen of we bereid zijn meer taken naar het Streekgewest te sturen met de eventueel daaraan verbonden kosten. Wethouder Rommers raadt dan ook iedereen aan zelf uit dit voorstel te komen want zowel de voordelen als de na delen kunnen niet verdedigd worden, daar momenteel veel taken zeer goed functioneren. Het blijft gissen in de ruimte. Hij ziet toetreding een voordeel hebben en dat is deelname in deP.V.C., zodat we wat in de pap te brokken hebben. De heer van Geel merkt hierna op dat het al of niet slagen van deze commissie afhankelijk is van de souplesse van iedere gemeente en hoe ze zich tegenover elkaar zullen opstellen. Als de proefperiode niet wordt aangegaan kan men er nooit achter komen of de soepelheid van de gemeenten jegens elkaar aanwezig is geweest en zo ja of het uitruilen makkelijker tot stand is gekomen. Wat betreft de kosten die zullen straks minder zijn zoals reiskosten voor de gemeente daar de gelden dan neerkomen op het Streekgewest. Wethouder Rommers antwoordt dat het Streekgewest geen winstmakende zaak is en de kosten naderhand toch verhaald worden bij de gemeenten. De voorzitter deelt hierna mede dat overgegaan wordt tot stemming welke door de heer Buijs is aangevraagd, maar geeft eerst het woord nog aan wethouder Hommel. Wethouder Hommel zegt met veel enthousiasme de proef- - 8 -

Raadsnotulen

Nieuw-Vossemeer: 1957-1996 | 1987 | | pagina 86