AGENDAPUNT
5
RAADSVERGADERING
21 april 1987
bijlage 2
CODENR.
-1.842.5
VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN EEN VERORDENING MET BETREKKING TOT EEN COMMISSIE, WELKE
ZICH BEZIGHOUDT MET HET TOETSEN VAN AANVRAGEN OM GOEDKEURING TOT HET WERKEN MET BE
HOUD VAN UITKERING.
Aan de gemeenteraad.
Bij schrijven van 25 november 1986 heeft het college
van burgemeester en wethouders van Bergen op Zoom, mede namens de colleges van burge
meester en wethouders van de gemeenten Huijbergen, Ossendrecht, Putte, Woensdrecht,
Halsteren, Dmteloord, Steenbergen en Nieuw-Vossemeerhet college van gedeputeerde
staten van Noord-Brabant verzocht in aanmerking te komen voor de tegemoetkoming in de
kosten, welke verbonden zijn aan de werkzaamheden van de Regionale Toetsingscommissie.
Middels schrijven van 9 maart 1987 heeft het college van gedeputeerde staten op dit ver
zoek geantwoord. Met betrekking tot de beantwoording kan het volgende worden gesteld:
1. Het college van gedeputeerde staten heeft de minister van Sociale Zaken en Werkge
legenheid toestemming gevraagd voor het betaalbaar stellen van de financiële onder
steuning t.b.v. de Regionale Toetsingscommissie voor het vierde kwartaal 1986.
2. Aan de toekenning van de financiële tegemoetkoming wordt de voorwaarde gesteld
dat de Regionale Toetsingscommissie voor uiterlijk 1 mei 1987 moet voldoen aan de
uitgangspunten zoals geformuleerd in de "Maatregel Financiële Ondersteuning van de
Regionale Toetsingscommissie (besluit van 29 september 1986 van de Minister van Sociale
Zaken en Werkgelegenheid)
Deze maatregel kan worden beschouwd als een interimregeling, die vervalt op het tijdstip
dat het voorstel van Wet onbetaald arbeid door uitkeringsgerechtigden, de W.O.A.U. tot
wet wordt verheven.
3. Middels de maatregel wordt geregeld dat een Regionale Toetsingscommissie in aan
merking kan komen voor een tegemoetkoming, indien voldaan is aan een aantal voor
waarden, ondermeer met betrekking tot de omvang van het werkingsgebied, de samenstelling
de taakstelling en de wijze van besluitvorming.
Met name het besluivormende karakter van de toetsingscommissie leidt ertoe dat deze niet
langer meer ligt bij het gemeentebestuur.
4- Inmiddels heeft binnen het Directeuren Contact Noord-Brabant en Zeeland bespreking
Plaatsgevonden over een uniforme verordening ten behoeve van de toetsingscommissie.
erordening ligt bij de stukken ter inzage. In deze verordening wordt tegemoetge
komen aan de voorwaarden, zoals geformuleerd in de eergenoemde maatregel.
