Artikel 5.
Om voor subsidie in aanmerking te komen dient men activiteiten te ontwikkelen,
die specifiek bestemd zijn voor de jeugd.
Artikel 6.
Het subsidiebedrag voor een wijkverenigingdie voldoet aan het bepaalde in de
verordening sociaal cultureel werk en de voorgaande artikelen van deze verorde
ning wordt jaarlijks bepaald op 0,50 per activiteit per jeugdlid, met een
maximum van zes activiteiten per jaar.
Artikel 7.
In alle voorkomende gevallen, waarin deze verordening niet voorziet beslissen
burgemeester en wethouders, het betreffende adviesorgaan gehoord.
Artikel 8.
Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 1988.
Met ingang van deze datum wordt ingetrokken de verordening regelende de subsidi
ëring van sportieve recreatie, vastgesteld bij raadsbesluit van 5 januari 1982.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente
Nieuw-Vossemeer
de secretaris,
de voorzitter,
