8 zou dan toch graag zien dat men dan met cijfers aangaf dat het toch mogelijk is de lopende kosten te financieren en toch ook nog geld over te houden om prioriteiten uit te voeren. Ik wil ook nog protest aantekenen tegen een uit spraak van de heer De Koning dat zo'n voorstel maar door stemming van tafel geveegd wordt. Ik heb daar een klein beetje moeite mee, want men kan wel verschil van mening hebben, maar ik vind toch dat we ieders mening mogen waar deren en dat het zo is dat men alleen van tafel veegt wat ondoordacht en rommel is, ondanks dat het tegenstrijdig is aan je eigen mening. Ik heb daar een beetje moeite mee, mijnheer de voorzitter, aldus de heer Rommers. Mevrouw Ten Hove-Bosters wil reageren op een uit spraak van de heer Rommers en ze verklaart maar al te goed te beseffen wat een verhoging van de onroerend-goedbelas- ting inhoudt, maar dat ze ook heel goed heeft aangegeven dat ze gevraagd heeft om een financiële commissie om de begroting zodanig door te lichten om te kijken waar het mogelijk is ruimte te creeren. Dat het niet alleen de ver hoging van de belasting is, waarmee de begroting sluitend te maken is, weet de heer Rommers ook heel goed. De heer Van Geel gaat er vanuit dat het alleen een af wijzen op dit moment is en hij gaat er ook vanuit dat dit voorstel inhoudt dat er in juni op wordt teruggekomen. Hij is van mening dat dit hetzelfde inhoudt als het voorstel van Mevrouw Ten Hove en de heer De Koning. De voorzitter beaamt hetgeen de heer Van Geel zegt. Mevrouw Ten Hove-Bosters verklaart daarmee dan zeer blij te zijn. Ze denkt dat dit voorstel dan met het voor stel van het college tot een voorstel gemaakt kan worden. Ze verzoekt stemming over haar voorstel. Het verzoek tot stemming wordt alleen gesteund door de heer De Koning, waardoor het verzoek onvoldoende ge steund wordt en niet tot stemming wordt overgegaan. Vervolgens wordt gestemd over het collegevoorstel. Uitgebracht worden zes stemmen. De heren van Geel, Rommers, Perdaems en Hommel stemmen voor het collegevoor stel en mevrouw Ten Hove-Bosters en de heer de Koning tegen waardoor overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten is. Bijlage 3. 7Verzoek van een drieëntwintig-tal jongeren, betreffende de aanleg van een fietscrossbaan. Codenummer -1.865.361, bij lage 4. De voorzitter licht toe dat een onderzoek is inge steld waaruit blijkt dat de aanleg van een fietscrossbaan te veel gaat kosten, omdat het niet blijft bij het storten van een paar wagens zand. De heer de Koning is van mening dat het niet de be doeling is van de jeugd een baan aan te leggen volgens de eisen van de K.N.W.U.. Dat zou in Nieuw-Vossemeer ook niet te realiseren zijn, omdat dit teveel zou gaan kosten. Hij ziet echter wel mogelijkheden voor b.v. de Buurtvereniging Boerengors om een vereniging op te richten en dan met een paar wagens zand wel een baan te realiseren. De voorzitter antwoordt dat het college van burge meester en wethouders bereid is een paar wagens zand be schikbaar te stellen.Alleen echter wanneer ouderen een en ander zullen coördineren, omdat de gemeente niet met de verantwoordelijkheid geconfronteerd kon worden. Voorwaarde is dat volwassenen een en ander ter hand nemen. Mevrouw Ten Hove-Bosters wil voor alle duidelijkheid het afgesprokene nog eens samenvatten.

Raadsnotulen

Nieuw-Vossemeer: 1957-1996 | 1983 | | pagina 8