PV
- 3 -
om de achterstallige gelden van het ministerie ver
goed te krijgen.
De heer van Geel is het opgevallen dat de cijfers
van 4 en 5 jaren geleden nu pas opgenomen zijn. De
hogere raming heeft betrekking op 1983 en hij vindt het
onbegrijpelijk dat de tekorten van 4 en 5 jaren geleden
nu pas bekend zijn.
De voorzitter antwoordt dat het inderdaad een on
verkwikkelijke zaak is. Opvallend is nog dat het juist
de grotere plaatsen zijn, waar men onvoldoende heeft
getracht de achterstallige gelden binnen te krijgen.
De heer de Koning vraagt of het mogelijk is mede
te delen dat hogere kosten niet meer aanvaard zullen
worden.
De voorzitter antwoordt dat het Rijk bepaalde
kosten subsidieerd en dat de samenwerkende gemeenten
voor de overige kosten opdraaien. Hij noemt als voor
beelden de extra kosten in Huijbergen en Steenbergen.
Wethouder Hommel kan zich de bezorgdheid van zijn
mederaadsleden voorstellen, maar kan aan de andere kant
ook de handelwijze van het Woonwagenschap vergoeilijken.
Het is namelijk niet de gemakkelijkste gemeenschappe
lijke regeling en het Woonwagenschap heeft altijd veel
moeite gedaan om de kosten, die gemaakt moesten worden,
onder de subsidienoemer te brengen. De subsidienoemer
werd echter enger en de overgang van het woonwagenwerk
van C.R.M. naar Volkshuisvesting heeft de mogelijkheden
niet verruimd. De raden van de aangesloten gemeenten
hebben steeds ja gezegd tegen de voorstellen die vanuit
het Woonwagenschap werden gedaan. Onze gemeente is
samen met Halsteren en Willemstad een van de gemeenten,
die nog een woonwagenkamp moeten realiseren. Dit is
in het Provinciaal Woonwagenplan zo opgenomen» Om
straks alles op eigen kosten en met eigen deskundigheid
te moeten realiseren zal niet mogelijk zijn.
De voorzitter dankt Wethouder Hommel voor de toe
lichting en wijst op de onmogelijkheid uit te treden,
omdat dan alle woonwagenzaken door de gemeente zelf
geregeld dienen te worden.
Vervolgens wordt zonder hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders
besloten. Bijlage 5.
8. Voorstel in te stemmen met een wijziging van de. Gemeen
schappelijke Régeling Bestuursacadémié'Nóófd-Brabant.
Codenummer -2,0886bij lagé 6'.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming
wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en
wethouders besloten» Bijlage 6.
9. Voorstel tot wijziging van de rechtspositieregelingen,
Codenummer -208.17, bijlagé 7.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming
wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en
wethouders besloten. Bijlage 7»
10Voorstel tot het vaststellen van:
a. de vergoeding ex. art. 101 der L.O.-wet voor het
jaar 1982:
b. het bedrag per leerling ex. art. 101 der L.O.-wet
1920 voor het jaar 1983. alsmede de vaststelling
van het voorschot voor 1983. Codenummer -16512B07.
bijlagen 8.9.10 en 11.