Het kommentaar van de direkteur van de Roosendaal se
GG D op het rapport van de werkgroep is zeer duidelijk.
Deze merkt op, dat zich nog nooit een ernstige stoornis m
het zieken- en gewondeovervoer heeft voorgedaan en da; de
kans hierop ook in de toekomst uiterst klein is.
Een mogelijke algehele versperring van de Hulsdonksepoor:
acht hij nogal "hypothetisch". De doorgang onder dit viaduk:
is zeer breed. In het denkbeeldige geval van een volkomen
versperring is er een acceptabele omweg beschikbaar. De nood
zaak van een spoedrit naar het ziekenhuis komt bovendien
sporadisch voor-. De aanleg van een noodafrit wordt door her.
ten sterkste ontraden (duur, gevaarlijk en niet afdoende).
Hij spreekt zich uit vóór de alternatieve route door de wijk
Tolberg (maximaal tijdverlies ca. 5-7 min.).
Nog daargelaten de vraag of voor deze aangelegenheid niet
het bestuur van de Regionale Ambulancedienst de aangewezen
instantie is in plaats van het Streekgewest - zoals door de
direkteur van de G.G.D. Roosendaal wordt opgemerkt - hebber,
wij de indruk, dat door de werkgroep de aanleg van een nooc-
afrit sterk wordt gepropageerd, terwijl b.v. de alternatieve
route door Tolberg wat al te gemakkelijk terzijde wordt ge
schoven (zie konklusies 5.2.3.). Dit is niet verwonderlijk
wanneer men weet, dat bepaalde; gemeenten, die ook in de
werkgroep vertegenwoordigd waren, zich destijds nogal voor
deze zaak hebben ingezet. Wij vragen ons daarom af, of her
beiang van een noodafrit voor alle gemeenten in het streek
gewest even groot is. Ook komt het ons voor, dat een tweetal
belangen nl. de bereikbaarheid van het ziekenhuis voor het
ambulanceverkeer enerzijds en voor de bezoekers van de poli
kliniek en het ziekenbezoek anderzijds zo al niet vermengd
wordt, dan toch wel parallel loopt.
Alvorens te beslissen over eventuele verdere stappen wil
het dagelijks bestuur van het S t reek g e w e s t e ers t van de
samenwerkende gemeenten vóór 1 april 1982 hun oordeel over
het rapport vernemen. Met name wordt gevraagd naar welke van
de geschetste oplossingen de voorkeur uitgaat en of de ge
meenten in principe be re i d zijn de financiële konsekwe ntie s
van nader onderzoek en realisering van de te treffen voor
ziening op zich te nemen.
Ons standpunt inzake deze kwestie luidt als volgt:
1 de bereikbaarheid van het ziekenhuis te Roosendaal is een
probleem dat niet zozeer het ambu1anceverkeer regardeert,
doch met name door de bezoekers van de polikliniek en het
ziekenbezoek als ontoereikend wordt ervaren;
2. door de ambtelijke werkgroep wordt bij haar advisering te
zeer de nadruk gevestigd op de aanleg van een noodafrit;
onze voorkeur gaat uit naar een alternatieve route door
b.v. de wijk Tolberg;
3. de financiële positie van de gemeente staat een bijdrage
in de kosten van onderzoek en uitvoering in de weg, te
meer omdat omtrent de hoogte van deze kosten geen zeker
heid bestaat;
