In artikel 15 van deWet geluidhinder is bepaald, dat een
verordening krachtens artikel 11 van die v/et de goedkeuring
van gedeputeerde staten behoeft. Bij incorporatie van geluid-
hinderbepalingen in de A.P.V. zullen de voorschriften, welke
op de wet berusten i.e. de hierna te noemen artikel 84a en 84b,
aan genoemd college ter goedkeuring moeten worden voorgelegd,
terwijl de autonome bepalingen slechts tian gedeputeerde staten
behoeven te worden medegedeeld (art. 198 gemeentewet).
Het onderscheid tussen autonome- en zelibestuursbepalingen is
voorts van belang in verband met de strafbaarstelling bij over
treding. Voor de artikelen die steunen op de Wet geluidhinder
gelden de strafbepalingen van deze wet en de Wet op de economisch
delicten,terwijl op de overige bepalingen artikel 141 van de
A.P.V. van toepassing is. De Wet op de economische delicten
kent veel hogere strafmaxima.
Wij stellen u voor hoofdstuk II van de Algemene Politie
verordening (Openbare orde en veiligheid) uit te breiden met een
nl£ueparagraaf 14a, welke het opschrift "Maatregelen tegen geluid
hinder" draagt en de nieuwe artikelen 84a t/m 84c omvat.
Artikel 1 van de A.P.V. dient voorts met enkele begripsbepalingen
te worden aangevuld en artikel 141 dient als bovenomschreven te
worden aangepast.
Een en ander brengt met zich mede, dat de bestaande arti
kelen 59 (muziek in cafe's), 65 (hinderlijk geluid), 6/ (motor
lawaai) en 75 (overlast door dieren) komen te vervallen.
Voor een toelichting op de nieuwe bepalingen verwijzen wij
u naar de artikelsgewijze toelichting op de pagina's 117 t/m
128 van de VNG-brochure
Tenslotte vermelden wij, dat ook de bepalingen in de Bouw
verordening, die rechtstreeks betrekking hebben op geluidwering,
moeten worden herzien.
Hiervoor zullen wij u een afzonderlijk voorstel doen.
Nieuw-Vossemeer, 22 september 1981.
Burgemeester en wethouders van Nieuw-Vossemeer,
de secretaris, de burgemeester,
A.Av.Overvald. A.A. Rijstenbil.
