i. de wijze waarop de goederen zijn vernietigd of verdwenen dan wel enigerlei
wijziging hebben ondergaan, tenzij deze wijziging van zulk een geringe om
vang is, dat vermelding daarvan redelijkerwijze niet kan worden gevergd,
j. de in het bepaalde onder e en h vermelde verplichting met betrekking tot
het registreren van het legitimatiebewijs geldt niet, indien:
1. er geen sprake is van een natuurlijk persoon;
2. het legitimatiebewijs van degene van wie de goederen zijn verkregen of
aan wie de goederen zijn verkocht of op andere wijze zijn afgestaan ten
gevolge van een eerder plaatsgevonden transaktie in het gebruik zijnde of
krachtens het bepaalde in art. 5, onder e te bewaren register
reeds is vermeld;
3. ten aanzien daarvan krachtens het bepaalde in art. 2 ontheffing is ver
leend
Artikel 141 c.
1De ondernemer draagt er zorg voor dat het register is ingericht volgens een
model, vastgesteld door burgemeester en wethouders.
2. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ten aanzien van onderscheidene onder
nemers verschillende modellen voor het register vast te stellen.
Artikel 141d.
Onverminderd het bepaalde in artikel 437, onder 1° van het Wetboek van Straf
recht zijn burgemeester en wethouders bevoegd van de in artikel 2 genoetjide voor
schriften een schriftelijke ontheffing te verlenen.
Artikel 141e.
De ondernemer is verplicht:
a. het register vóór gebruik te doen waarmerken door de burgemeester of een door
deze aangewezen ambtenaar;
b. in het pand, waar hij zijn bedrijf uitoefent, bij voortduring het overeen
komstig het onder a. bepaalde gewaarmerkte register aanwezig te hebben, en
in geval het bedrijf wordt uitgeoefend op of aan de (openbare) weg, dat
register bij zich te hebben;
c. elk in gebruik zijnd register, telkens op eerste vordering aan de burge
meester of een door deze aangewezen ambtenaar voor onderzoek af te staan;
d. het register, alvorens het buiten gebruik wordt gesteld, aan de burgemeester
of aan een door deze aangewezen ambtenaar voor onderzoek af te staan;
e. de door hem bijgehouden registers te bewaren over een tijdvak van twee jaren,
nadat die registers met inachtneming van het gestelde onder d. buiten ge
bruik zijn gesteld.
-Artikel 141 f-