bijlage 1
RAMPENPLANNEN(Algemene beschouwingen 1978.)
Mijnheer de Voorzitter, het felrood gekaft boekwerk dat de
commissaris der Koningin in maart aan honderden instanties,
waaronder de gemeentebesturen, in de provincie heeft toege
zonden, bevat geen opwekkende lectuur.
Het "Provinciaal Raamwerk voor Gemeentelijke Rampenplannen
drukt ons echter met de neus op situaties die verre van ondenk
baar zijn.
De inleiding zegt het overduidelijk- "Door het toenemen van_de
bevolking en de ontwikkelingen op het gebied van de industrie,
techniek en verkeer is de kwetsbaarheid van het maatschappelijk
leven in de achterliggende jaren aanzienlijk vergroot, en zijn
de gevaren die zowel het individu als de samenleving bedreigen,
in sterke mate toegenomen. Die toename betreft zowel de
verscheidenheid van de aanwezigerisico's, als de mogelijkheid
dat een ongeval de omvang van een ramp aanneemt.
Er is weinig fantasie voor nodig, om een lijstje van de hier
bedoelde s«ort risico's samen stellen. Het^is de laatste
jaren helaas niet zeldzaam meer, dat zich in onze door technische
installaties, laboratoria en massaal transport beheerste wereld
onverwachts een incident voordoet. Het feit dat er dan maaral
te vaak sprake is van een "gelukkige afloop" of van eenu ^na
ramp" moet ons, te zamen met werkelijk catastrofaale gebeur-
tenissen in het buitenland aan het denken zetten. Van dat laatste
nu, is het provinciale draaiboek voor de rampen-plannen e
vrucht. In het licht van het bovenstaande, kunnen we vaststellen
dat de commissaris der Koningin, zijn taak, alleen al door
het nemen van de nodige initiatieven, uitstekend verstaa.
Hij is terecht van mening, dat derisicovolle situatieniet m
overeenstemming is met de verhoudingsgewijs traag draaiende
machine van de wetgever.
Ook de wijze waarop het provinciaal raamwerk m elkaar is gestoken
is een reden om decommissaris en zijn ambtenaren met hun arbeid
te complimenteren. Er is zoveel voorbereidend werk verricht, dat
het resultaat de gemeentebesturen ongetwijfeld zal of heeft
geprikkeld tot het invullen van de ontbrekende specifiek voor
de eigen situatie geldende gegevens en maatregelen. Deze
gegevens die ook al worden genoemd in het onowerp Regelen
betreffende het vaststellen van gemeentelijke rampenplannen
van 5 december 1977 en nog getekend door de voormalige
minister van Binnenlandse Zaken, de Gaay Portman leveren tezamen
een rampenplan op. Een rampenplanzou ik willen schetsen als
een organisatieoverzicht en een waarschuwingsschema- en afspraken
schema die betrekking hebben op het optreden in rampsituaties.
Het is'in dit verband dan ook verheugend, dat in de aanbiedings
brief bii de begroting voor het komende jaar, vastgesteld wordt
dat wij, onze gemeenschap, ook al zover zi0n| aan~
nemen voorzitter, dat hier bedoelt wordt, dat het college naar
de Raad met een voorstel zal komen?
Betekent dit, dat in de komende tijd het rampenplan deel zal
gaan uitmaken van openbare discussies in de Raad? De wijze
wtïop het college de laatste jaren de burgers over hun doen
en laten proheren te Informeren, mag ons toch reden geven om
te veronderstellen, dat het college zich cal bezinnen over de
w?Ge waarop zin Inhoud en werking van het rampenplan op een
viofiedereen bevattelijke wijze naar huiten kan worden gebracht?
Ooilege kan genoemde openbaarmakingsprocêdure toch versnellen
door fo spoedig mogelijk het plan te laten vaststellen door de
Raad9 Be Raad mag toch aannemen, dat het bericht over het
rtmpenplan inhoudt, dat het College is uitgegaan van een risico
analyse voor ons dorp en de totale regio? Bat de grondbeginselen
als richtsnoer hebben gediend bij de opstelling van het plan?